Deze column in De OrganisatieActivist gaat niet over organisaties en ook niet over activisme. Integendeel. Toch vermoed ik dat dit tegenovergestelde wel eens erg aantrekkelijk zou kunnen zijn voor al diegenen die in organisaties actief zijn. Deze column gaat namelijk over: Niets.
— Column door: Jorrit Stevens
Eerder gepubliceerd in: De OrganisatieActivist
In organisaties gaat het echt om iets: plannen maken en doelen stellen zodat morgen beter is dan vandaag. Organisaties worden bevolkt door actieve doeners, zelfs wereldverbeteraars: De wereld van nu is niet goed genoeg, althans daar wordt in organisaties van uitgegaan. Daarom moet er gewerkt worden aan een beter product van morgen. Welbeschouwd zijn plannen de door mensen bedachte fantasieën over een mogelijke toekomst die beter, meer, efficiënter, veiliger, effectiever, enzovoorts is dan nu. De in deze plannen gestelde doelen bereiken we niet zomaar, nee daar moet actief aan gewerkt worden. De activiteiten van een organisatie zijn gericht op een ‘verbeterslag’ naar een gedroomde toekomst ‘daar & dan’.
Mij lijkt dat het tegenovergestelde ten onrechte geen aandacht krijgt. Aandacht voor Niets in plaats van iets. In plaats van handelen en doenerigheid zoals dat centraal staat in organisaties, komt niet-handelen en niet-doen. In plaats van haast komt stilstaan, in plaats van geluid komt stilte. U begrijpt wat ik bedoel. In plaats van de plannenmakerij en de doelgerichtheid gefocust op ‘daar & dan’, komt mij louter aandacht voor het ‘hier & nu’ als aantrekkelijker voor.
In organisaties wordt beleid ontwikkeld. Over beleidsontwikkeling zijn boekenkasten volgeschreven. Opmerkelijk is dat over beleidsbeëindiging nauwelijks boeken geschreven zijn. Kennelijk ligt het van Niets íets maken meer voor de hand dan vice versa. Niet alleen in organisaties is dat zo, ook individuen lijken het te prefereren. Denk aan het verschil tussen starten met iets, bijvoorbeeld roken, in vergelijking tot het weer stoppen met iets of terugkeren naar Niets. Om met Herman van Gunsteren te spreken: “Stoppen; U kunt het, u wilt het, u doet het niet”. Hoewel Niets (niet-doen, niet-handelen) wellicht het allergemakkelijkste of zelfs een oertoestand lijkt voor ons mensen (wat is er gemakkelijker dan Niets doen?) lijken we er alles aan te doen om daaraan te ontsnappen, zeker in organisaties.
Als we aan Niets denken, vrezen we al snel verveling. Awee Prins, filosoof, meent dat: “De diepe verveling de verborgen grondstemming [is] van onze tijd”. Hij vraagt zich af of wij met onze rusteloze bedrijvigheid de diepe verveling voortdurend proberen te verdrijven. In de organisatocratie geldt dat druk bezig zijn en een overvolle agenda hebben synoniem zijn aan succes. Een belangrijk inzicht van Prins luidt, dat wij bij voortdurende ontwijking van de verveling nooit geraken tot wat de “diepe verveling” ons te zeggen heeft.
Aandacht hebben voor Niets dat zich slechts in het hier & nu toont, is mijns inziens toch zeker de moeite waard. Niets vertoont zich in onder meer gaten, leegtes en stiltes. Het is de moeite waard om ‘de kunst van het weglaten’ te bezigen want ‘in de beperking toont zich de meester’. Door oprechte aandacht voor het hier & nu ontvouwt zich de mogelijke poëtica van het moment.
In de muziek is bijvoorbeeld goed te merken dat wanneer, laten we zeggen Paul Bley (zie: https://www.organisatieactivist.nl/www/de-organisatie-treuzelaar/ ) of Miles Davis een stilte laten vallen (even Niets) dit de muziek extra zeggingskracht kan geven. En wat maakt een donut: het deeg of het gat? In een groep mensen die elkaar aankijken en een tijd Niets zeggen, stijgt de spanning al snel totdat het ondragelijk wordt en een van de mensen de stilte doorbreekt door iets te zeggen. De zeggingskracht van de stilte ervaren zij haast als oorverdovend. In organisaties lijkt Niets kost wat kost vermeden te moeten worden: stilstand is achteruitgang, meent men daar. Aart Goedhart en Barbara van der Steen beschrijven de paradox dat veel overprikkelde mensen, ‘rust en stilstaan’ als remmend en gevaarlijk ervaren. Hetzelfde geldt, volgens hen, voor organisaties. Door Jos Kessels en anderen wordt stilstaan in verband gebracht met bezinning ‘los van resultaten en organisatiedoelen’. Zij beschrijven ‘stilstaan’ als start voor mentale vrijheid. Niets is zo heerlijk.
Wellicht dat u, door een week Niets te doen, uw werk ‘iets’ anders ervaart. Maakt u zich in ieder geval geen zorgen als uw collega u in die week vraagt wat u in vredesnaam aan het doen bent, dan kunt u naar waarheid antwoorden: ‘O, niets’.
Bronnen en leestips:
- Easy Aloha’s, Gaten & andere dingen die er niet zijn, Nieuw Amsterdam, 2008
- Prins, A.; Uit verveling, Boekencentrum, 2007
- Hermsen, J., J., Stil de tijd. Pleidooi voor een langzame toekomst, De Arbeiderspers, 2009
- Kessels, J., Boers, E., Mostert, P., Vrije ruimte. Filosoferen in organisaties, Boom, 2002
- Goedhart, A. & B. Van der Steen, Overspannen organisaties; Op zoek naar herstel, Kessels & Smit Utrecht, 2006 [artikel]
- Bos, R. ten; Business ethics, accounting and the fear of melancholy, Organization. Vol. 10, Iss. 2; blz. 267, Londen, Sage Publications Ltd., 2003
- Feltmann, C.E., Denkwerk en Taalspel in Organisaties, IGOP Hilversum, 2010 [artikelbundel]
- Lennon-McCartney (Beatles), Fixing a hole, op: Sgt. Pepper’s LHB, Parlophone, 1967 [muziek]
[…] straten liggen er verlaten bij vanwege de ‘intelligente lockdown‘ en we oefenen ons in niet-doen. Tijd om eens wat meer aandacht te besteden aan stilte. Want de ene stilte is de andere niet, zo […]