• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud

Fernweh Magazine

Ontsnap. Steeds vaker. En verder..!

  • Actueel
  • Cultuur
  • Artikelen & Interviews
  • Colofon
  • Winkelmand

J. Stevens

Foetelen: dat mooie Limburgse woord voor een klein beetje valsspelen (en soms meer)

Foetelen: dat mooie Limburgse woord voor een klein beetje valsspelen (en soms meer)

by J. Stevens · nov 11, 2025

Foetelen — je hoort het in Maastrichtse keukens, bij carnavalskaarttafels en op voetbalpleinen in Noord-Limburg. Het klinkt zacht, bijna guitig. Maar wat betekent het precies, waar komt het vandaan, en waarom is dat woord cultureel interessanter dan je denkt?

In dit artikel duiken we in de betekenis, etymologie en culturele achtergrond van foetelen, het Limburgse woord voor klein valsspelen of speels sjoemelen. We verkennen wanneer foetelen charmant is, wanneer het grijs wordt, en wanneer het omslaat in echte oplichting (en een briljant voorbeeld van een ‘foeteleer’ in de Kunst).

Betekenis & gebruik: van Maastrichts tot Noord-Brabant

In de Limburgse dialecten (en zelfs delen van oostelijk Noord-Brabant) betekent foetelen vooral:

  • Valsspelen
  • Sjoemelen
  • De regels net iets buigen

Het is vaak klein en menselijk – een kaartje onder de mouw, spieken op school, een stiekem voordeeltje bij het spel – en dus minder zwaar beladen dan woorden als fraude of oplichting.

In ’t Mestreechs (Maastrichts) bestaat ook de foeteleer: de valsspeler. Vaak uitgesproken met een glimlach, niet als zware veroordeling.

Grenzgebied

Toch kent het woord een schaal:

NiveauVoorbeeldMoraal
LichtSpelletje kaarten / carnaval / plagenSpeels en sociaal
GrijsWinstbejag, cijfers mooier makenRisico op vertrouwensschade
ZwartBewuste oplichting en bedrogJuridisch én moreel fout

Etymologie: hoe is ‘foetelen’ ontstaan?

De herkomst is niet één-op-één vast te prikken, maar twee sporen zijn waarschijnlijk:

  1. Duits spoor – verwant aan fuddeln (prutsen / rommelen), dat in betekenis kon opschuiven naar sjoemelen.
  2. Zuid-Nederlands / Belgisch spoor – verwant aan foefelen (sjoemelen, iets verbergen, wat geflikflooi).

Daarnaast bestaat er een oude betekenis van foetelen in ouder Nederlands: vrijen / seksuele omgang hebben (verwant aan Frans foutre). Valsspelen in de liefde als in: vreemdgaan? Dat staat al dan niet los van het Limburgse gebruik van nu, maar laat prachtig zien hoe woorden door de tijd drastisch kunnen verschuiven én samenhangen tot een los-vast betekenisweb.

Vintage speelkaarten op linnen tafel in zacht avondlicht – Limburgs woord foetelen
Een spel begint altijd in stilte, nog vóór de eerste zet

White lies vs. black lies: wanneer is foe-te-len eigenlijk sympathiek?

Moreel psychologen onderscheiden:

  • White lies → kleine leugentjes uit zorg, beleefdheid of conflictvermijding.
  • Black lies → bedrog om er zelf beter van te worden, ten koste van een ander.

Soms helpt een leugentje om bestwil om iemands dag te redden.

Maar: structureel klein foetelen kan vertrouwen slijten. Net als water op steen.

Het “cheater’s high“

Er bestaat zelfs een psychologisch fenomeen waarbij mensen zich goed voelen na valsspelen — omdat ze ermee wegkomen. Kortstondige euforie, lange-termijn risico op vertrouwen en reputatie.

De fouilleer doet zich voor in verschillende gedaantes
Een ‘Foeteleer’?

Een schitterend voorbeeld: de meester-foeteleer die de kunstwereld op z’n kop zette

Denk aan Han van Meegeren, de Nederlandse schilder die meesterlijke “Vermeers” vervalste.

  • Top-experts geloofden erin.
  • Grote musea kochten zijn werk.
  • Eén van zijn vervalsingen werd zelfs door Hermann Göring gekocht.

Na de oorlog onthulde Van Meegeren dat de meesterwerken van zijn eigen hand waren.

En ineens veranderde hij van “collaborateur” in een bizarre volksheld:

Was Han van Meegeren de ultieme foeteleer ?
Han van Meegeren was mogelijk de ultieme foeteleer
  • Hij had niet alleen de kunstwereld bedrogen…
  • Hij had de nazi’s bedrogen.

Zijn verhaal raakt iets essentieels aan dit begrip:

De scheidslijn tussen bedrog en creatieve subversie is soms dun en cultureel bepaald.

En het dwong de wereld om opnieuw te vragen:

  • Wie bepaalt wat echt is?
  • Waarom geloven we autoriteit?
  • Waarde zit nooit alleen in het object — maar in het verhaal.

Waarom foetelen perfect past bij Limburg (en bij Fernweh)

Limburg is een grensgebied:

  • tussen talen,
  • tussen culturen,
  • tussen Bourgondische warmte en nuchtere levenskunst.

Het woord belichaamt precies die menselijke nuance:

Niet zwart-wit legalisme, maar kijken naar intentie, context, relatie.

Dit is taal als wereldbeeld.

En dat maakt foetelen een woord dat je niet gewoon kent — maar leert voelen.


Praktische gids: wanneer is foetelen oké en wanneer niet?

Charmant

  • kaartspelletjes
  • kleine beleefdheidsleugentjes
  • carnavals-humor

Riskant

  • cijfers mooier maken
  • “creatief declareren”

Fout

  • structureel bedrog
  • misleiding met schade
  • vertrouwensbreuk
Helpt 'n Elske bij het sjoemelen?
Helpt ’n Elske bij het foetelen?


Gebruiksklaar voor Maastricht

“Niks te foetelen hiej — veer speule veur de lol, sjat!”
(Geen vals spel hier — we spelen voor de gezelligheid, schat!)

Foetelen: dat mooie Limburgse woord voor een klein beetje valsspelen (en soms meer)

Categorie: diversen Tags: cultuur, dialect, etymologie, foetelen, geschiedenis, han van meegeren, identiteit, limburg, maastricht, taal, taalreflectie, valsspelen, verhalen

De grootste ‘badass’ aller tijden?

De grootste ‘badass’ aller tijden?

by J. Stevens · nov 5, 2025

We hebben het hier niet over zomaar iemand. Lorenz Peter Elfred Freuchen (1886 – 1957) was een Deense ontdekkingsreiziger, auteur, journalist, arts, antropoloog en sowieso een héééle vette Badass (met hoofdletter ‘B’). Hij is onder meer beroemd vanwege zijn Arctic exploration, in het bijzonder de Thule Expedities waarvoor hij met een hondenslee 2000 kilometer (!) sneeuw, ijs en vrieskou trotseerde. Doe je veiligheidsgordel om en lees over misschien wel de interessantste man aller tijden: Peter Freuchen.

Beruchte kajakziekte & De grootste 'badass'
Eén van vele avonturen

Over Peter Freuchen, mogelijk de interessantste man ter wereld…

Omdat hij het, eenmaal aangekomen in Groenland, wel naar zijn zin had, bleef hij twee decennia bij de “Eskimo’s” (tegenwoordig worden de inheemse bewoners van Groenland ‘Inuit’genoemd). Onderaan deze post zie je hem afgebeeld in een jas gemaakt van… de ijsbeer die hem aanviel. Een wolf die hem ooit aanviel, viel hetzelfde lot ten deel.

Beruchte kajakziekte & De grootste 'badass'
Peter Freuchen [1906] Interessantste man?

Ook had hij eens te kampen met bevroren ledematen. Zijn voeten waren al helemaal zwart van het koudvuur. Wat doet een man als dit dan? Met een tang en een hamer zette hij vervolgens zélf maar even de aangetaste delen van zijn eigen voeten af, waaronder al zijn tenen. Chuck Norris is een pussy als je dat leest, nietwaar?

Oké Rambo nam het in de film weliswaar op tegen de Russen in Afghanistan maar Freuchen was op zijn beurt in het echte leven een heuse ‘Nazi-slayer’. Bovendien gaf hij natuurlijk ondergronds leiding aan het Deense Verzet. Toen hij onverhoopt in de handen van de Nazi’s viel – die vanwege zijn enorme slagkracht jacht op hem maakten – veroordeelden ze hem tot de doodstraf. Deze werd niet voltrokken omdat… onze held Rambojaans wist te ontsnappen. In zijn geval naar Zweden.

Na de oorlog ondernam hij en passant ook nog expedities naar Zuid-Afrika en het immer plezierige Siberië. O ja, hij speelde ook nog in speelfilms waarvan er één natuurlijk een Oscar won. Hij trouwde drie keer. Alledrie de keren met bijzondere vrouwen: eerst een Inuit-mevrouw en na haar dood een miljonairsdochter bijvoorbeeld.

En wat deed hij toen hij eens in het Arctische gebied levend begraven werd in een soort van sneeuw- en ijssarcofaag, veroorzaakt door een lawine tijdens een zware storm? Van zijn eigen bevroren uitwerpselen maakte hij een mes waarmee hij zich een weg naar de oppervlakte bikte. Dat heb ik zelfs McGyver himself nooit zien doen. Zijn vele unieke etnologische, literaire en overige bijzondere verrichtingen laat ik zelfs nog buiten beschouwing. Wel stel ik de vraag: is Peter Freuchen, de ultieme Badass? Wie durft daarover nog te twijfelen?

De grootste 'badass' ooit. Interessantste man? Peter Freuchen
Peter Freuchen – een beer van een vent


 Fernweh Magazine ♥

Peter Freuchen de grootste badass aller tijden - interessantste man ooit

Biografieën van obscure figuren / helden op Fernweh Magazine:

  • Wie wil niet ook een beetje Martin zijn?
  • ‘Jouw paradijs, hoeveel ruimte is daar?’ (over Ben Ali Libi, goochelaar)
  • Het fabuleuze verhaal van Xepsiss Klerglemoss, uitvinder
  • Het bos in – 27 jaar alleen in de wildernis
  • Held Havel is heengegaan – in memoriam
  • De heerlijke herontdekking van Hailu Mergia


Categorie: diversen

De betekenis van My Dinner with André: Ontsnappen voordat het te laat is

De betekenis van My Dinner with André: Ontsnappen voordat het te laat is

by J. Stevens · nov 5, 2025

Over de rol die we spelen, de gevangenis die we zelf bouwen én bewaken en het hervinden van het mens-zijn

Er zijn films die je bekijkt, en films die je geest openen.
My Dinner with André (1981) is zo’n film: twee mensen aan tafel, een gesprek zonder spektakel, maar met een intensiteit die voelt alsof er een zenuw wordt geraakt die al jaren onder de huid lag te trillen.

Roger Ebert, de beroemde filmcriticus die als eerste een Pulitzerprijs (wiki) voor zijn werk ontving, noemde het de beste film van 1981. Hij noemde het later één van de vijf belangrijkste films van het decennium, zette het in zijn serie Great Movies en schreef dat hij geen andere film kende volledig vrij van clichés.

Het is een film die je niet consumeert, maar die je hiér raakt:
in de vraag of we nog wel wakker leven.
Dit artikel wil die vraag verkennen.

Niet omdat er iets “gebeurt”, maar omdat alles gebeurt.
Twee mensen, één tafel, de waarheid als mes.


My Dinner with André – gesprek aan tafel, stilte als ruimte

De gevangenis die wij zelf bouwen

In het centrale fragment vertelt André over een boomkundige die zijn leven wijdt aan het redden van bomen. Deze man zegt:

“New York is the new model for the concentration camp,
where the inmates are the guards.
They have built their own prison.”

En dan legt hij een dennenzaadje in André’s hand en zegt:

“Escape before it’s too late.”

De waarschuwing is geen melodrama. Het is diagnose. We bouwen systemen — werkritmes, identiteiten, agenda’s, sociale structuren — en daarna verdedigen we ze alsof ze ons zijn. Alsof dit het enige is dat van betekenis is. Alsof het een natuurverschijnsel is en niet slechts door ons bedachte structuren.


Foucault: macht is niet iets boven ons, maar ín ons

Foucault schreef dat moderne macht niet vooral werkt via brute onderdrukking, maar via gewoonte en normalisering. We doen wat “normaal” is; we leven volgens verwachtingen die niet van ons zijn; we spelen rollen en noemen dat identiteit.

We zijn tegelijk:

  • de gevangene
  • én de bewaker

Dat is de tragiek — maar ook het begin van bewustzijn.


De acteur en de mens

André vertelt dat hij besefte dat hij een rol speelde: de rol van de vader, de kunstenaar, de man die weet wat hij doet. Onder die rol zat iets anders: een kwetsbaar, levend, voelend mens.

Dat is geen nieuwe gedachte — maar de film zegt het zonder decor, zonder demonstratie. Daarom komt het aan.

We zijn niet wie we denken dat we zijn.
We spelen wie we denken dat we moeten zijn.


Verveling als brainwashing

Dan komt een zin die vandaag huiveringwekkend actueel voelt en vol betekenis is:

“Somebody who’s bored is asleep.
And somebody who’s asleep will not say no.”

Tucholsky → Guy Debord → The Matrix (film)
Over hoe we kijken en wie er meekijkt

In 1929 schreef Kurt Tucholsky in Die Weltbühne:

“Wer noch ein klein wenig Ehrgefühl im Leibe hat, der liest diese Zeitung nicht.”
— over de sensatiekrant B.Z. am Mittag

Hij waarschuwde dat media niet alleen informeren, maar vormen: hoe we voelen, wat we verlangen.

Ruim dertig jaar later schreef Guy Debord:

“Alles wat ooit direct geleefd werd, heeft zich verwijderd in een representatie.”
— La Société du Spectacle, 1967

Hier verschuift leven naar beeld, aanwezigheid naar vertoning.

Daarop wees Noam Chomsky: wie de aandacht beheerst, beheerst de perceptie — en daarmee de mogelijkheid tot verzet.

The Matrix maakt dat zichtbaar als mythe: de vraag is niet of de wereld echt is,
maar of we merken wanneer we een rol spelen in plaats van aanwezig te zijn.

My Dinner with André brengt dit niet als actie of theorie,
maar aan een tafel, tussen twee mensen die op zoek zijn naar betekenis.
De waarheid wordt ontdekt terwijl hij wordt uitgesproken.

Noam Chomsky waarschuwde precies hiervoor: verveling is geen privé-faalmoment – het is een politiek instrument. Een verdoofd publiek vraagt niets; de status quo blijft ongemoeid; het automatisme van betekenis blijft draaien. Dit is waar The Matrix later op voortbouwt: je hoeft geen virtuele simulatie te doorbreken, je moet het script van je dagelijkse rol doorzien.


Betekenis – My Dinner with André als uitnodiging tot ontwaken

Dit is niet een film over eten. Het is een film over wakker worden.

“Escape before it’s too late.”

Niet uit de stad. Niet uit het werk. Niet uit de relatie. Maar uit het script. Uit het geautomatiseerde zelf. Uit het leven dat we niet kozen maar erfden.

Dat is mogelijk de diepste My Dinner with André-betekenis: niet vluchten, maar aanwezig worden.


Tot slot

De film laat niets zien wat je niet al wist. Maar het zegt het op zo’n manier dat je het niet meer kunt ontkennen:

We leven halfwakker. We spelen onze eigen bewakers. We vergeten dat er een deur openstaat.

En toch: één zaadje kan een bos worden. Één gesprek kan een leven kantelen. Één stilte kan een wakker worden zijn, wegen naar nieuwe betekenis en zin.

Escape before it’s too late.

Categorie: Filosofie, Artikelen, Cultuur, Film Tags: autonomie, bewustzijn, Chomsky, Foucault, identiteit, The Matrix, verzet

De luxe van leegte in Japan: over Ma, stilte en de schoonheid van ruimte

De luxe van leegte in Japan: over Ma, stilte en de schoonheid van ruimte

by J. Stevens · nov 4, 2025

De leegte vult zich niet met niets, maar met betekenis.
Ruimte is niet de afwezigheid van vorm, het is haar mogelijkheid.

Over Ma en Yohaku no bi in Japan, ofwel over de luxe van leegte.


Ontvangstruimte in het Keizerlijk Paleis in Tokio met twee stoelen en bloemen als symbool van Japanse eenvoud en stilte
De Amerikaanse president Trump in Japan in het Keizerlijk Paleis.
Karig en kaal of juist de luxe van leegte? Culture clash?

In een van de statige ontvangstruimtes van het Keizerlijk Paleis in Tokio zit een Amerikaan tegenover zijn Japanse gastheer.
De muren zijn licht, de vloer ademt rust.
Twee stoelen, een lage tafel, een bloemstuk.
Geen overdaad, geen opsmuk — alleen ruimte.

Voor een buitenstaander lijkt het leeg.
Voor de Japanner is het juist vol betekenis:
hier woont stilte, ademruimte, een vorm van luxe die niet meet in glitter maar in ruimte.

Japan en de luxe van leegte, Kenya Hara, Ma, Yohaku no bi, minimalisme, stilte, ruimte, kunst, luxe

De belofte van wat niet gevuld is: de luxe van leegte

Deze ruimte nodigt ons uit om een ander soort schoonheid te overwegen —
niet het vullen van ruimte,
maar het vieren van wat níet gevuld is.

Twee Japanse begrippen helpen dit te begrijpen:

Ma (間) – het bewustzijn van de ruimte tussen dingen. (wiki)
Yohaku no bi (余白の美) – de schoonheid van de witte marge, van leegte.

Beide begrippen stammen uit een diep besef:
dat stilte en leegte geen afwezigheid zijn,
maar een uitnodiging tot aanwezigheid.


Ma: de adem tussen de dingen

Ma wordt vaak vertaald als tussenruimte of pauze.
Het is geen vacuüm, maar een geladen stilte.
Zoals muziek pas leeft door rust,
en gesprekken betekenis krijgen door wat niet wordt gezegd.

In de ontvangstzaal van het paleis is Ma tastbaar.
Elke stap weegt licht.
De afstand tussen stoel en muur is even belangrijk als de stoel zelf.
De bezoeker ervaart niet het meubilair, maar het niets ertussen —
de ruimte om te denken, te ademen, te zijn.


Japanse kamerschermen Pine Trees van Hasegawa Tōhaku met grote lege vlakken als voorbeeld van yohaku no bi
Het linkerpaneel van de het Pijnbomenscherm (松林図 屏風, Shōrin-zu byōbu) van Hasegawa Tōhaku. De lege ruimte in dit werk wordt in Japan als even belangrijk beschouwd als de afgebeelde bomen

Yohaku no bi: de schoonheid van de witte marge

Witte ruimtes kunnen buitengewoon mooi zijn.
Ze zitten vol mysterie en belofte,
een herinnering aan de oneindige mogelijkheden
die in de natuur – en in onszelf – besloten liggen.

Mijn favoriete voorbeeld van die schoonheid
is een reeks kamerschermen uit de zestiende eeuw:
“Pijnbomen” (een soort dennen), geschilderd door Hasegawa Tōhaku.

De bomen, in ragfijne tinten van zwart inkt,
zweven in een zee van onbeschilderde zijde.
De leegte om hen heen is geen niets: het is adem.
Zoals mist die bomen omhult,
zo draagt de witruimte de schildering zelf.

Toen ik dit werk voor het eerst zag,
herkende ik dat gevoel van stilte in beweging.
Ik had het al eens beleefd in de Japanse Theetuin,
waar vochtige rivierwind en zachte mist
de bomen in fluïde stilte hulden.
Witte ruimte als levende ademhaling.


Boek White van Kenya Hara over de schoonheid van leegte en Japanse esthetiek van witruimte
Grafisch ontwerp (detail) door Japanse topdesigner Kenya Hara:
herken je de belofte van de leegte, de schoonheid van de witte marge?

De leegte als belofte

In deze onbeschilderde ruimtes vond ik een onverwachte rijkdom.
De leegte was geen gemis,
maar de mogelijkheid van wat nog kan ontstaan —
zoals een nieuw begin in het leven zelf.

De schoonheid van extra wit, van leegte,
heet in Japan Yohaku no bi.
Het begrip werd overgenomen uit de Chinese inktkunst,
waar wolken, mist en water vaak onbeschilderd bleven.
Hun aanwezigheid werd slechts gesuggereerd
door de zorgvuldige lijnen van wat eromheen stond.

In die esthetiek leeft ook de taoïstische gedachte van qi –
de vormloze energie waaruit alles ontstaat.
De leegte als bron, niet als tekort.

De luxe van leegte in Japan: over Ma, stilte en de schoonheid van ruimte
‘Subtle’ by Kenya Hara, designer, Japan.
Voor: Takeo Paper Show 2014

De luxe van leegte in Japan met deze Zentuin. Niet niets!
Zen en de luxe van leegte

Van Zen tot tuin

In de twaalfde eeuw brachten boeddhistische priester-kunstenaars
deze notie van leegte van China naar Japan.
Daar werd het een kern van alle kunsten:
van schilderkunst en kalligrafie tot tuinkunst en ikebana.

Zen-kunstenaars zagen in de lege ruimte een verwijzing
naar de boeddhistische notie van leegte als ultieme realiteit.
Niet als gebrek, maar als krachtveld vol potentie.
Het is die latente energie die Japanse vormgeving haar spanning geeft:
het ongevulde is even belangrijk als het gevulde.

In een Japans drooglandschapstuintje bijvoorbeeld,
zijn de stenen pas mooi dankzij het waterloze vijvertje eromheen.
De leegte – yohaku (ervaren leegte) – laat de vormen spreken.

Titel: 'Sereniteit' - Door: D. Canning.
Ma in Ikebana ( = de traditionele Japanse bloemschikkunst). Lentetulpen vormen hier een moment in tijd & ruimte. Leegte is luxe of niet?
Titel: ‘Sereniteit’ – Door: D. Canning. Ma in Ikebana ( = de traditionele Japanse bloemschikkunst). Lentetulpen vormen hier een moment in tijd & ruimte

De ervaring van leegte

De schoonheid van leegte is niet alleen zichtbaar,
maar ervaarbaar – voor maker én toeschouwer.

Voor de kunstenaar betekent dat:
aandacht voor materiaal, vorm, interval.
Hoeveel ruimte laat je tussen twee lijnen,
tussen twee stenen, tussen twee gedachten?
Te veel, en het verband verdwijnt.
Te weinig, en alles verstikt.

De kunst van Ma is het vinden van die adem:
het ritme tussen dingen,
de subtiele jazz van ruimte.

Voor de beschouwer is Yohaku kalmerend én stimulerend.
Het geeft onze ogen rust,
maar prikkelt tegelijk de verbeelding.
Is die witte sluier een lucht, een meer, een mist?
We vullen onbewust aan,
en komen zo oog in oog met onze eigen verbeelding —
met de potentie van leegte zelf.

Dojinsai, de studeerkamer van shogun Ashikaga Yoshimasa, ontworpen door de Ami-shu in de 14e eeuw. De pure weelde van leegte in Japan
Dojinsai, de studeerkamer van shogun Ashikaga Yoshimasa, ontworpen door de Ami-shu in de 14e eeuw

Leegte is echt een luxe als je in een micro-appartement in Tokyo, Japan woont
Micro-appartement in Tokyo, Japan. ±9m2 en ¥104,000 (> €600) per maand in 2025. Vaak even groot als een parkeerplaats. Toch bevat het niet niets: een mini kitchenette, toilet, douche, schoenenkast en wasmachinehok binnen handbereik. Om te huren moet je vaak 4–6 maanden huur vooruit betalen (borg, sleutelgeld dat je niet terugkrijgt, bemiddelingskosten, etc.). Zijn micro-appartementen echt goedkoper dan gewone appartementen in Tokio? Ja, vaak 30-50% goedkoper, plus lagere nutsvoorzieningen.
Foto genomen vanaf bed op vide

Luxe als open ruimte

In steden waar elke vierkante meter telt,
wordt leegte de nieuwe vorm van rijkdom.

Bewoners van Tokio dromen niet van meer bezit,
maar van een weekend in een houten huis met ramen op het groen —
waar niets hoeft te worden toegevoegd.

De luxe van stilte, van ademruimte, van het niet-gevulde:
het is geen weelde die pronkt,
maar een rijkdom die ontspant.


De luxe van leegte in Japan: over Ma, stilte en de schoonheid van ruimte
TOKYO FIBER ’09 SENSEWARE (2009) op de Triënnale van Milaan

Stilte in vorm

Wat kunnen wij hiervan leren?

– Minimaliseer. Kies meubels met rust, kleuren met adem.
– Laat ruimte. In je huis, je agenda, je gedachten.
– Erken marge. In kunst en leven is witruimte geen leegte, maar ritme.
– Herdefinieer luxe. Niet méér, maar minder — en bewuster.

Zo wordt elke kamer een ademhaling.
Elke muur een horizon.
Elke stilte een vorm van aanwezigheid.


Tot slot

De wereld leert ons vullen.
Japan leert ons leegte zien als een plaats van betekenis.

Een grote kamer, zacht hout, een bloem in het midden —
het is genoeg.

Want in de ruimte tussen dingen,
daar woont schoonheid.
Dáár woont rust.


De luxe van leegte in Japan: over Ma, stilte en de schoonheid van ruimte

Categorie: Cultuur, Artikelen, Artikelen & Interviews, Filosofie, Natuur, Poëzie, Reizen Tags: Japan, Kenya Hara, kunst, luxe, Ma, minimalisme, ruimte, stilte, Yohaku no bi

7 strategieën om de macht van marketeers terug te pakken

7 strategieën om de macht van marketeers terug te pakken

by J. Stevens · nov 4, 2025

Zeven stille strategieën om je aandacht te herwinnen

Stop met het zijn van een doelgroep. Verzet je!
Begin met het terugnemen van je macht en ruimte – verzet je fysiek, mentaal en visueel.

Ze komen ongemerkt binnen.
In je straat. In je scherm.
In de ruimte tussen twee gedachten.

Elke dag duwen adverteerders hun wereld in de jouwe.
Ze laten flitsen zien van een leven dat net iets beter is –
strakker, succesvoller, verleidelijker.

Banksy schreef er ooit over, vol verzet en met bijtende helderheid:

“People are taking the piss out of you every day.
They butt into your life, take a cheap shot at you and then disappear.
They leer at you from tall buildings and make you feel small.
They make flippant comments from buses that imply you’re not sexy enough
and that all the fun is happening somewhere else.
… They have access to the most sophisticated technology the world has ever seen
and they bully you with it.
They are The Advertisers and they are laughing at you.”

En elders, op een muur in Londen:

“If Graffiti Changed Anything It would be illegal.”
— Banksy, Clipstone Street, Londen, april 2011

banksy graffiti london clipstone street 2011 quote if graffiti changed anything
London: Clipstone Street, 2011

1. Word opnieuw eigenaar van je aandacht

Aandacht is het nieuwe bezit.
Zonder toestemming nemen bedrijven die van jou over.
Verzet is dan: bewust kijken – en kiezen wanneer je niet kijkt.
Stilte is ook een keuze, en een vorm van kracht.

2. Herwin je visuele ruimte

De stad Grenoble in Frankrijk was in 2014 de eerste Europese stad die buitenreclame verbood.
Driehonderd billboards verdwenen.
Op hun plek kwamen bomen, informatieborden, lege lucht.

Een daad van schoonheid:
de stad herstelde haar horizon,
en schonk haar inwoners weer ademruimte.

Herwonnen macht: Grenoble vervangt marketing en billboards door bomen en groen
Verzet als herwonnen macht: De stad Grenoble vervangt marketing en billboards door bomen en groen

3. Weiger de logica van assimilatie

In de film Detachment (2011, regie Tony Kaye), schrijft docent Henry Barthes op het bord:
ASSIMILATE.
En zegt: “OK, excellent. To absorb.”

Adrien Brody in Detachment. The classroom assimilate scene

Bron filmfragment: Detachment (2011).
Regie: Tony Kaye (bekend van American History X).
Adrien Brody speelt docent Henry Barthes. (Geïnteresseerd? Zie dan ook deze film)

De scène is een spiegel:
hoe vaak vragen systemen van ons om te absorberen,
in plaats van te bevragen?


4. Oefen kleine vormen van verzet

Een advertentie die je niet kunt ontwijken,
is geen uitnodiging – het is inbraak.
Maak er iets van.
Knip, herschik, hergebruik.
Of kijk erdoorheen.

Banksy noemde het reclaiming, een vorm van verzet:

“Any advert in a public space that gives you no choice whether you see it or not
is yours. It’s yours to take, re-arrange and re-use.”


5. Verzet als het cultiveren van stilte

Gebruik ad-blockers.
Kies routes zonder schreeuwerige schermen.
Zet je telefoon op grijs.
Gun je ogen een rustiger landschap.
Luister naar wat overblijft als de ruis verdwijnt.

De wereld hoeft niet voortdurend iets van je.

minimal street wall no advertising calm public space.

6. Onderwijs jezelf en anderen

Vraag: wie spreekt?
Voor wie is dit beeld gemaakt?
Wie verdient eraan?
Elke vraag is een kiem van vrijheid
en een oefening in menselijkheid.

7. Bouw alternatieven

Plant bomen waar ooit borden stonden.
Deel kunst, verhalen en plekken die niets verkopen.
Creëer online ruimtes waar stilte kan blijven staan.
Zoals Grenoble toonde: schoonheid kan werkelijkheid worden.
Een stad zonder reclame ademt dieper.


Tot slot

Je hoeft geen activist te zijn om weerstand te bieden.
Alleen een mens die niet langer overal mee instemt.

“You owe the companies nothing.
Less than nothing.
They have re-arranged the world to put themselves in front of you.
Don’t even start asking for their permission.”
— Banksy

De macht van marketeers verdwijnt niet met lawaai,
maar met aandacht – met zachtheid, herhaling,
en het trage ritme van mensen die weer zelf kiezen wat ze zien.



Als je dit interessant vond, vind je dit misschien ook interessant:

Opmerkelijk kunstenaar maakt afval tot dans performance
Red niet de aarde maar de mens!
De Verwoeste Stad

Categorie: diversen

Als de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie

Als de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie

by J. Stevens · okt 26, 2025

Over stem en tegenstem, over Hazes en Habermas en waarom de democratie ons allemaal aangaat – in vier delen

Wanneer de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie. Het Binnenhof Den Haag in stormlicht

Leeswijzer


Dit essay bestaat uit vier delen:

  1. Hoe democratie zichzelf kan opheffen
  2. Het lied van de straat en de valkuil van de politiek
  3. Van storm naar betekenis
  4. Democratie die altijd nog komt

Vraag vooraf
Kan een democratie zichzelf democratisch afschaffen?
De geschiedenis zegt: ja. Maar wat betekent dat voor Nederland anno 2025?

Lees verder…


Vooraf – De democratie op Het Binnenhof in stormlicht

Het regent boven Den Haag. De wind jaagt plassen over het plein. Voor de hekken van het Binnenhof wapperen vlaggen: oranje met de leeuw, de oude prinsenvlag, zelfs vlaggen met tekens die we dachten achter ons gelaten te hebben. Hakenkruisen, gebalde vuisten, leuzen die in zwarte verf op spandoeken druipen.

De mensen die daar staan, zijn niet zomaar demonstranten. Sommigen willen het parlement binnendringen, alsof ze niet meer geloven dat het hun huis is. Sommigen roepen om eerherstel van een volk dat ze denken kwijtgeraakt te zijn. En binnen, in de zaal waar sinds eeuwen wordt gesproken, schuiven politici nerveus op hun stoel. Het lijkt alsof er geen gesprek meer mogelijk is: enkel schreeuw tegen schreeuw.

Dit is Nederland, oktober 2025.

“Democratie kan zichzelf vernietigen — niet van buiten, maar van binnenuit.”

Democratie voelt vaak als vanzelfsprekend, alsof ze een stevig huis is dat wel een storm kan doorstaan. Maar kijk langer en je ziet: ze is poreus. Haar ramen trillen, haar muren zijn dunner dan gedacht. Democratie kan zichzelf afschaffen, niet door een vijand van buiten, maar door de keuzes die wij zelf maken. Door de woorden die wij gebruiken. Door de stemmen die wij verheffen, of juist tot zwijgen brengen.

“Hoe bescherm je een systeem dat zichzelf kan opheffen?”

En dan dringt zich een vraag op die zowel in de kroeg als in de collegezaal gesteld kan worden:

hoe bescherm je een systeem dat zichzelf kan vernietigen?

Als de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie

Deel 1 – Hoe democratie zichzelf kan opheffen

De paradox van vrijheid in een democratie

“Vrijheid kan omslaan in chaos, en chaos roept om de sterke man.”

Plato zag het al in de Politeia. Een democratie, zei hij, kan zo vrij worden dat ze zichzelf verliest. Als iedere stem gelijkwaardig is, maar er geen respect meer is voor spelregels, glijdt vrijheid af naar chaos. En chaos roept om orde. Om een sterke man.

Alexis de Tocqueville vatte het samen als de tirannie van de meerderheid: een volk kan via stemmen zijn minderheden opofferen. Formeel blijft het een democratie, maar moreel verandert het in een dictatuur.

Carl Schmitt, de jurist die later met de nazi’s heulde, stelde dat democratie altijd een grens trekt: wie hoort er bij het volk, en wie niet? De meerderheid beslist, maar ze kan beslissen om een deel van de samenleving buiten te sluiten.

Hannah Arendt [meer over haar in de Stanford Encyclopedia of Philosophy – link] wees op een ander gevaar: zodra mensen zich overbodig voelen – zonder werk, zonder stem, zonder betekenis – worden ze vatbaar voor ideologieën die hen die betekenis wel beloven. Het is niet armoede alleen die mensen naar de rand drijft, maar het gevoel niet meer te bestaan.

Historische echo’s

“Democratie sterft meestal niet in één klap, maar door duizend kleine steken.”

Weimar, Duitsland, jaren ’20 en ’30. Het parlement koos een man die orde beloofde. Binnen maanden waren instituties uitgehold. Rechters werden loyalisten, kranten werden propaganda, oppositiepartijen verboden. Alles via wetten en decreten die formeel legaal waren. Democratie werd de machine van haar eigen afbraak.

Het is een les die te vaak vergeten wordt: democratie sterft meestal niet in één klap, maar door duizend kleine steken. Een regel hier, een uitzondering daar. Tot het moment komt dat niemand zich nog kan herinneren hoe het ooit was.

Nederland anno 2025

Wij denken vaak dat dit ons niet kan overkomen. Maar luister naar Mark Bovens, hoogleraar bestuurskunde in Utrecht. Hij wijst erop dat onze rechtsstaat niet alleen bestaat uit wetten, maar ook uit ongeschreven regels: ministers bemoeien zich niet met benoemingen, rechters worden gerespecteerd, politieke tegenstanders erkend. [link naar de Diesrede die Bovens in 2024 uitsprak als pdf]

Toen minister Faber zich dit jaar inhoudelijk bemoeide met wie wel of niet een lintje mocht krijgen, zou je dat met de kennis van wat Bovens schreef een “alarmbel” moeten noemen. Niet omdat lintjes heilig zijn, maar omdat dit soort bemoeienissen tegen de ongeschreven spelregels van de democratie ingaan. En wie die spelregels loslaat, sloopt het systeem dat ons allen beschermt, een beetje.

Er zijn meer tekenen. Een parlement dat wilde stemmen over een verbod op Antifa (anti-fascisten), terwijl niet veel later groepen die met geweld het Binnenhof wilden binnendringen, zich toonden met prinsenvlaggen en hakenkruisen. Wie had dat ooit na, de Tweede Wereldoorlog, nog voor mogelijk gehouden? Het respect voor de democratie en rechtsstaat die ooit vanzelfsprekend leek, brokkelt af.

Volksfilosofie

De volkszanger Dorus zong in de jaren vijftig over twee motten die langzaam zijn jas opaten: “Ze vreten m’n ouwe jas op, ik heb geen pest meer an.” Het klinkt komisch, maar het is een scherpe metafoor: je merkt pas dat je jas verdwenen is als de gaten te groot worden. Zo gaat het ook met democratie: je mist haar pas echt als ze al weg is.

En André Hazes zong ooit: “Ik heb de hele nacht liggen dromen…” Niet alleen een liefdeslied, maar mogelijk ook een echo van verlangen naar erkenning, naar gezien worden. Democratie is precies dat: het institutionele antwoord op de vraag om gezien te worden.

En dan Johan Cruijff, vaak weggezet als voetbalorakel, maar eigenlijk een filosoof van de straat: “Als je ergens tegen bent, moet je er wel iets beters voor terugzetten.” Democratie is kwetsbaar, maar haar alternatief is zelden beter. Wie haar afbreekt zonder plan, bouwt aan chaos.

Tegenstem: is de democratie niet gewoon dat de meerderheid beslist?

Iemand zou hier kunnen tussenkomen en tegen me zeggen: “Maar Jorrit, is dit niet elitair? Democratie ís toch gewoon dat de meerderheid beslist? Waarom zou een minister zich niet met lintjes bemoeien als het volk dat wil?”

Het antwoord: meerderheid alleen is niet genoeg. Democratie rust op meer dan tellen. Ze rust op vertrouwen, instituties, en op ongeschreven regels die de macht beteugelen. Zonder dat is meerderheid geen democratie, maar dictatuur in nieuwe kleren. Minderheden kunnen meerderheden worden en andersom. Zowel de minderheid als de meerderheid verdient de bescherming, vaak een ondergrens, van de democratische rechtsstaat.

Slotbeeld – Spel zonder scheidsrechter

“Zonder spelregels blijft er geen spel over — alleen macht.”

Stel je een voetbalwedstrijd voor, waar twee teams in een toernooi zeggen wij luisteren niet meer naar de scheidsrechter, trekken ons niets aan van lijnen en spelen zonder spelregels. De sterkste wint, maar niemand wil meer kijken en de rest van de teams (partijen) wil niet meer met die teams spelen. Zo gaat het ook met democratie: zodra we de regels vergeten die het spel mogelijk maken, verandert het spel zelf.

En dan zien we pas wat we verloren hebben.

Als de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie

Deel 2 – Het lied van de straat en de valkuil van de politiek

Inleiding – Stemmen van verlangen

Op een druilerige avond in een buurtcafé klinkt Hazes zachtjes uit de speakers:
“’k Heb de hele nacht liggen dromen…”
Aan de bar knikt iemand, neemt een slok bier. De woorden zijn simpel, maar raken iets dieps: het verlangen om gezien te worden, om ertoe te doen.

Populisme speelt op datzelfde snaarwerk. Het zegt: “Jij bent het volk. Jij bent degene die ze altijd hebben genegeerd. Nu is het jouw tijd.”

Het lied van de straat is daarmee geen randverschijnsel, maar de kern van de politieke verleiding waar Nederland anno 2025 middenin zit.

Populisme als logica

“Populisme schept een volk door een grens te trekken: wij tegen zij.”

De Argentijnse denker Ernesto Laclau beschreef populisme niet als een doctrine, maar als een logica. Het schept een “volk” door een grens te trekken: wij tegen zij. Binnen de kring: de ware stem van het volk. Buiten de kring: de elite, de vreemdeling, de verrader.

Chantal Mouffe ziet populisme als de onvermijdelijke expressie van politiek conflict. De vraag is: opent het dat conflict voor iedereen, of sluit het anderen buiten?

En Jan-Werner Müller waarschuwt: populisten zeggen altijd dat alleen zij het volk vertegenwoordigen. Daarmee zijn ze per definitie antipluralistisch. Wie buiten hun definitie van “volk” valt, verliest stemrecht in morele zin.

De aantrekkingskracht van erkenning

Waarom werkt dat zo sterk, ook bij kiezers die economisch gezien niets winnen bij populistisch beleid?

Omdat erkenning zwaarder weegt dan koopkracht. Wie zich niet gehoord voelt, zoekt een stem die zegt: “Ik zie jou.”

“Voor wie buiten(gesloten) blijft, voelt politiek als een gesprek achter glas.”

Mark Bovens en Anchrit Wille noemden dit onze diplomademocratie: hogeropgeleiden domineren de politiek. Hun taal, hun netwerken, hun gewoontes zijn maatgevend. Voor wie daarbuiten staat, voelt politiek als een gesprek achter glas. 

Populisten slaan dat glas stuk. Zij zeggen: “Wij breken in. Wij halen jou naar binnen.” Zelfs als hun economische programma je niet helpt, resoneert die belofte.

Ressentiment en wrok

Friedrich Nietzsche noemde het ressentiment: de machteloosheid die zich omzet in wrok. Populistische retoriek geeft dat wrokgevoel een adres: migranten, Brussel, de linkse elite, de klimaatkerk.

Hannah Arendt liet zien hoe regimes in de twintigste eeuw betekenis beloofden aan wie zich overbodig voelde. Maar betekenis op basis van vijanddenken is onstilbaar. Vandaag is de vijand “de woke elite”, morgen is het een nieuwe groep. Het lied van de straat wordt dan een marsritme: eindeloos, maar niet bevrijdend.

Volksfilosofie – van Johny Jordaan tot Dorus

Johnny Jordaan bezong ooit: “Geef mij maar Amsterdam, dat is mooier dan Parijs.” Een relatieve waarheid: thuis voelt groter dan de wereld. Populisme speelt precies met dat gevoel, dat iedereen wel herkend op een bepaalde manier. Je eigen stad of dorp, club of taal, land of elftal is natuurlijk ‘beter’ dan alle andere. Dat is leuk in sport en spel, zolang je maar voor ogen houdt dat het door eigen chauvinisme komt ofwel dat het uiteindelijk kortzichtig is en niet de waarheid. Zowel de Duitse Mannschaft en Oranje, zowel de linkse als rechtse partij heeft recht om te bestaan. Allemaal hebben ze een vader en moeder, kennen ze liefde en gevoel, hebben ze vrienden en voorkeuren.

Hazes zong in Een vriend over trouw en erkenning: “Ik heb geen geld, geen roem, geen macht, maar ik heb jou.” Populisme belooft hetzelfde: misschien heb je weinig, maar je hebt ons. Alleen gunt het populisme dat anderen niet en Hazes stond erom bekend juist wel heel vrijgevig te zijn en zich te bekommeren om anderen.  

Dorus, in De kroegbaas, klaagde dat iedereen altijd meer kreeg dan hijzelf. Het is cabaret, maar ook een spiegel van ressentiment.

Deze stemmen maken zichtbaar dat populisme niet alleen een strategie is van politici, maar een echo van gevoelens die altijd al in de samenleving aanwezig waren. Maar belangrijk: het is maar wat je met die gevoelens doet! Gun je anderen ook het licht in hun ogen of alleen jezelf en jouw groep? 

De digitale versterker

Nieuw is hoe sociale media die echo versterken. Algoritmes belonen woede, clicks komen uit conflict. Met het aanjagen, aanwakkeren en verzinnen van tegenstellingen wordt geld verdiend! Cass Sunstein noemt het de logica van de echo chamber.

Een uitspraak die vroeger in een kroeg bleef hangen, kan nu miljoenen keren gedeeld worden. Feit en fictie vloeien in elkaar over. Voor populisme is dat de perfecte voedingsbodem: elke woede vindt een publiek, elk frame wordt oneindig herhaald.

De valkuil van de politiek

“Wat eerst extreem leek, wordt langzaam normaal.”

En hier ligt de valkuil. Want ook de gevestigde politiek begint op dezelfde toon te zingen. Als populisten scoren met slogans, nemen anderen hun refrein over. Migratie wordt “het probleem”, klimaatbeleid “dwang”, democratische en rechtstatelijke instituties “de elite”.

Zo verschuift het hele register van de politiek. Wat eerst extreem leek, wordt normaal. En de democratie verliest langzaam de taal die nuance, pluraliteit en samenwerking mogelijk maakt.

Tegenstem tegen mijzelf

Iemand zou hier tegen mij kunnen zeggen: “Maar Jorrit, waarom zou dit verkeerd zijn? Is het niet juist democratisch dat mensen die zich vergeten voelen hun eigen vertegenwoordigers kiezen? Wie bepaalt dat hun stem minder legitiem is?”

Het antwoord: hun stem ís legitiem. Maar de methode die populisten hanteren – uitsluiten, vijandschap aanwakkeren – ondermijnt de democratie waarin die stem betekenis heeft. Populisme geeft je een stem, maar ontneemt tegelijk anderen hun stem. Het verhelpt de wond niet, het scheurt haar open.

Epiloog – Onder de leuzen en oneliners

Luister onder de leuzen en oneliners en je hoort geen haat, maar hunkering. Geen ideologie, maar verlangen. Het verlangen om niet overbodig te zijn.

Het lied van de straat verdient gehoord te worden. Maar zodra het verandert in een koor dat anderen het zwijgen oplegt, verliest het zijn menselijkheid.

De uitdaging is niet populisme verketteren, maar het verlangen erachter erkennen. En tegelijk te weigeren de valkuil in te stappen: de politiek van vijanddenken die ons allen verarmt.

Als de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie

Deel 3 – Van storm naar betekenis

Inleiding – Nederland in de stormfase

Herinner je de beelden nog van afgelopen maand? Groepen probeerden zich met geweld toegang te verschaffen tot het Binnenhof. Prinsenvlaggen, zwarte kruisen, geschreeuw tegen hekken. Het was alsof de storm die al langer door de samenleving raasde, nu fysiek zichtbaar werd in het hart van de democratie.

We hebben in Nederland een lange traditie van overleg, compromissen en polderen. Maar de afgelopen jaren lijkt dat geluid overstemd door storm. Ruzie over identiteit, polarisatie, complottheorieën, vijandsbeelden.

Dit is niet alleen een incident. Het is een fase. En misschien moeten we haar ook zo begrijpen: als een fase waar we doorheen moeten om verder te komen.

Groepsfasen – een natie als team?

“Nederland bevindt zich in de stormfase: conflict overheerst, afspraken ontbreken.”

De psycholoog Bruce Tuckman beschreef hoe teams zich ontwikkelen in fasen: forming, storming, norming, performing. Eerst wordt een groep gevormd, dan volgt conflict, daarna ontstaan afspraken en pas daarna samenwerking.

Nederland is geen bedrijfsteam. Maar wie door deze lens kijkt, ziet iets herkenbaars. We zijn voorbij de forming-fase: de spelregels van onze democratie kennen we. Maar we zitten nog niet in de norming-fase: afspraken over hoe we verder willen, ontbreken. We stormen. En hoe harder de storm, hoe verleidelijker de roep om iemand die het conflict simpelweg beëindigt.

Maar in de politiek werkt het net als in groepen: wie de storm(fase) wil overslaan, komt nooit tot volwassenheid.

De taal van de storm – uitnodiging om te variëren bij interpreteren

Wat stormt er eigenlijk? Het zijn niet alleen meningsverschillen, maar vooral ook de woorden die we gebruiken.

  • “Het volk” alsof dat één stem is.
  • “Veiligheid” alsof die alleen militair is.
  • “Vrijheid” alsof die enkel individueel is.

De stormfase is de fase van slogans. Woorden die ooit gelaagd waren, worden platgeslagen. Wie een ander register zoekt, bijvoorbeeld van de nuance, wordt weggehoond.

“Wie stormtaal wil overstijgen, moet woorden opnieuw betekenis geven.”

Maar precies dáár ligt de sleutel. Een samenleving komt pas verder als ze de stormtaal ‘ontstroeft’ (term ontleend aan Denkadviseren, Edu Feltmann) en nieuwe betekenissen zoekt.

Volksfilosofie – een trap tegen vanzelfsprekendheid

Annie M.G. Schmidt schreef in Dikkertje Dap over een jongetje dat via de nek van een giraffe een nieuw uitzicht kreeg. Het is een kinderversje, maar tegelijk een filosofie: je ziet pas nieuwe mogelijkheden als je ergens anders gaat staan.

S10 zingt in Adem je in: “Je hoeft niet te schreeuwen, ik hoor je wel.” Het is een fluisterende tegenstem in een cultuur die alleen luide woorden lijkt te kennen. Kwetsbaarheid als kracht.

En Typhoon rapte: “We zochten naar licht in het donker, en het licht was er al.” Een regel die niet alleen over liefde gaat, maar ook over samenleven. Misschien hoeven we niet steeds nieuwe vijanden te verzinnen, maar kunnen we het licht dat er al is opnieuw leren zien.

Volksfilosofie als trap tegen de vanzelfsprekendheid: ze laat ons zien dat er meer registers zijn dan de storm.

Historische echo’s – storm en norm

Dit land heeft storm vaker overleefd, niet dat ik ernaar terugwil, maar misschien toont het ons iets:

  • In de verzuiling leefden katholieken, protestanten, socialisten en liberalen naast elkaar, vaak gescheiden, maar samen droegen ze een systeem waarin conflict beheersbaar bleef.
  • In het poldermodel leerden werkgevers en werknemers hun tegenstellingen te vertalen in akkoorden.
  • Burgemeesters stonden boven partijen, niet om te heersen, maar om te bewaren.

Geen van die systemen was ideaal. Maar ze lieten zien dat storm ook kan leiden tot norm.

Filosofische horizon – Elias, Arendt, Habermas

“Storm vernietigt pluraliteit; norming vraagt om erkenning van verschil.”

Norbert Elias beschreef beschaving als een proces van zelfbeheersing. Storm is een terugval, maar ook een kans om verder te rijpen.

Hannah Arendt herinnerde ons eraan dat politiek pas begint wanneer mensen in pluraliteit verschijnen. Storm vernietigt pluraliteit door vijanden te maken. ‘Norming’ vraagt juist om erkenning van verschil.

Jürgen Habermas benadrukte dat democratie geen strijd om macht is, maar een praktijk van communicatie. Het gesprek zelf is het fundament. Storm zonder gesprek wordt chaos.

Tegenstem – Ja maar… 

Een tegenstem zou mij kunnen toespreken: “Maar Jorrit, storm is toch ook democratie? Mensen die schreeuwen en botsen, dat is vrijheid van meningsuiting. Waarom zie je dat als gevaar?”

Het mogelijke antwoord: storm is deel van democratie, ja. Maar storm zónder norm is geen volwassen democratie. Het blijft een puberale fase. Vrijheid zonder bedding mondt uit in chaos. En chaos roept juist om de sterke man die de storm het zwijgen oplegt, dat lijkt een fase te zijn waar we nu in de westerse wereld inzitten en zelf wil ik die sterke man (dictator) liever voorkomen, door gezamenlijk een andere, volwassenere afslag te nemen, naar een nieuwe fase in democratie en rechtsstaat.

Epiloog – Stilte na de storm

Stel je voor: de regen stopt. Het Binnenhof droogt op. Mensen gaan naar huis, niet omdat ze overtuigd zijn, maar omdat de storm moe wordt. Wat blijft er over?

De schade is zichtbaar. Maar er is ook een kans. Want storm heeft blootgelegd dat onze taal tekortschiet. Dat we nieuwe woorden nodig hebben om samenleven te denken.

“Na regen komt zonneschijn,” zeggen we in de volksmond. Maar de zon komt niet vanzelf. We moeten leren haar weer te zien, door de storm heen.

Als de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie

Deel 4 – Democratie die altijd nog komt

Inleiding – Een nachtelijk lied

Het is drie uur ’s nachts in een buitenwijk van Rotterdam. Een paar mensen dwalen naar huis, een auto rijdt voorbij met de ramen open, muziek overstemt de stilte: Khaled zingt “Aïcha, écoute-moi.”

Luister naar mij. Hoor mij. Dat is misschien wel de meest eenvoudige en tegelijk diepste definitie van democratie: een samenleving waarin ieder mens kan zeggen “luister”, en waar die stem betekenis heeft. Van de MBO’er tot de professor, van de non-binaire persoon op straat tot de man in zijn villa, van medewerker tot management, van Aziatisch tot Oekraïens, van Islamitisch tot Joods, van havermelk tot gortepap en van jou tot mij.  

Democratie is niet af. Ze is een belofte.

Democratie als onaf verhaal

“Democratie is nooit voltooid — ze is altijd onderweg.”

Jacques Derrida noemde het la démocratie à venir – de democratie die altijd nog komt. Ze is nooit voltooid, altijd onderweg. Geen bezit, maar een oefening.

Dat maakt haar kwetsbaar. Maar ook vitaal. Democratie kan zichzelf verliezen, maar kan zichzelf ook telkens opnieuw uitvinden.

Hannah Arendt wees erop dat pluraliteit de kern is: dat mensen mogen verschijnen in hun verschil. Niet als massa, maar als unieke stemmen. Democratie is het weefsel waarin dat verschil zichtbaar mag zijn.

En Jürgen Habermas hield vol dat de kern van democratie niet de macht is, maar het gesprek. Zolang er ruimte is om te spreken, te antwoorden en opnieuw te spreken, blijft democratie levend.

Volksfilosofie – stemmen van hoop

Ramses Shaffy’s regel “Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder” lijkt een vrolijke opsomming, maar het is in wezen een politiek credo. Hij schetst het leven als meervoudig, onaf te vangen in één ervaring of één waarheid. Democratie is precies dat: een ruimte waar zingen en vechten, huilen en werken naast elkaar mogen bestaan zonder elkaar uit te wissen. Shaffy’s lied is geen vrijblijvend refrein, maar een lofzang op pluraliteit – de kern van wat Hannah Arendt het verschijnen in verschil noemde.

Khaled’s Aïcha klinkt als een liefdeslied, maar is in feite een gebed om erkenning. “Écoute-moi” – luister naar mij – is de grondtoon van alle democratische praktijk. Het lied draagt de spanning van de migrant: levend tussen werelden, vaak gehoord als buitenstaander. 

Democratie die werkt, is een democratie die de smeekbede van Aïcha niet romantiseert, maar serieus neemt als politieke eis: laat mij niet onzichtbaar zijn. Hierin klinkt precies Arendts waarschuwing door: mensen worden gevaarlijk wanneer zij zich overbodig voelen.

“Wie zich uitgesloten voelt, zoekt erkenning — dát is de grondtoon van democratie.”

Boef’s regel “Niemand heeft mij wat gegeven, ik moest alles zelf pakken” wordt vaak gehoord als bravoure, maar is ook een diagnose van maatschappelijke buitensluiting. Zijn rap ademt de logica van het ressentiment dat Nietzsche beschreef: de ervaring van ongelijkheid omgezet in kracht, maar tegelijk beladen met wrok. Democratie die deze stem negeert, creëert het ressentiment dat populisten uitbuiten. Democratie die luistert, erkent de pijn onder de bravoure: dat meedoen aan het gesprek van de natie niet vanzelfsprekend was, maar bevochten moest worden.

Samen laten deze drie stemmen zien dat democratie niet slechts een abstract ideaal is voor elites en instituties, maar een praktijk die dagelijks leeft in cafés, op pleinen, in playlists. Ze herinneren ons eraan dat pluraliteit niet enkel een filosofisch concept is, maar een emotionele realiteit: de hunkering om gehoord, erkend en gezien te worden, ieder op eigen toonhoogte. Democratie als belofte betekent precies dat: ruimte maken waar Shaffy, Khaled en Boef tegelijk kunnen klinken, zonder dat één stem de ander tot stilte dwingt.

De verleiding van cynisme – Ja maar…. 

Maar hier klinkt mogelijk weer de tegenstem tegen wat ik hierboven zeg: “Derrida’s democratie-to-come is lucht. Het volk wil geen belofte, maar duidelijkheid. De meerderheid beslist en daarmee klaar.”

“Meerderheid alleen is geen democratie.”

Het antwoord is simpel en moeilijk tegelijk. Ja, duidelijkheid is aantrekkelijk. Maar meerderheid alleen is niet democratie. Zonder rechtsstaat, zonder bescherming van minderheden, zonder gesprek, wordt democratie een dictatuur van vijftig procent plus één.

Democratie die altijd nog komt is geen zwaktebod, maar haar kracht. Omdat ze nooit afgesloten is, kan ze altijd nieuwe stemmen opnemen, nieuwe afspraken maken, nieuwe betekenissen vinden.

Als de storm gaat liggen – nieuwe mogelijkheden voor onze democratie

Epiloog – Stilte na de storm

Stel je voor: de storm is gaan liggen. Het Binnenhof staat er nog. De ramen glanzen. Mensen lopen weer langs de poort, niet als vijanden, maar als burgers die samenleven in verschil.

Democratie is geen bezit, geen vanzelfsprekendheid, geen eindpunt. Ze is een belofte. Een oefening die we elke dag opnieuw moeten oefenen.

En misschien is dat de bevrijdende gedachte: dat we haar nooit helemaal hebben, maar telkens opnieuw mogen scheppen. Samen.

Diego Maradona eindigde zijn afscheidsrede in La Bombonera met een zin die groter is dan voetbal:

“Yo me equivoqué y pagué, pero la pelota no se mancha.”
(Ik heb fouten gemaakt en daarvoor betaald, maar de bal wordt niet bevuild.)

“We maken fouten, maar het spel zelf — de democratie — houd je schoon.”

Neem dat als onze burgerlijke discipline: we maken fouten, we betalen ervoor, maar het spel – de democratie – maak je niet vuil. Niet uit vermoeidheid, niet uit wrok, niet door te stemmen op wie de scheids wegstuurt en de lijnen uitwist. De verleiding van de sterke man is een kortstondige roes; daarna is er geen spel meer om te spelen.

Als muzikale tegenstem kan één regel volstaan om de toon te zetten voor wat wij elkaar verschuldigd zijn:

“Mercy is a value that should be at the heart of any functioning and tolerant society… Without mercy a society loses its soul.” — Nick Cave

(Barmhartigheid is een waarde die in het hart zou moeten liggen van elke functionerende en tolerante samenleving… Zonder barmhartigheid verliest een samenleving haar ziel.)

“Zonder barmhartigheid verliest een samenleving haar ziel.”

Genade, maathouden, spelregels — het zijn geen zwakheden maar de voorwaarden waaronder iederéén mee kan doen. Laten we dus níet opgeven uit moedeloosheid, níet vluchten in de belofte van de solo, maar het teamspel blijven kiezen: minderheden beschermen, ongeschreven regels bewaren, elkaar horen vóór we oordelen.

Zo houden we de bal schoon en het land van ons allemaal.


Vond je dit artikel interessant? Dan vind je dit misschien ook interessant:

Spacemonkeys – Niet over leidinggevenden maar over ontvangers van leiding
De Verwoeste Stad
‘Jouw paradijs, hoeveel ruimte is daar?’
Is het effectiever om het slechte te bestraffen of het goede te belonen?

Categorie: diversen

a “beautiful day”

a “beautiful day”

by J. Stevens · okt 20, 2025

~

.

a “beautiful day”

nothing happened

and nothing was going to happen

the wind shook leaves

that did not fall

the moored boat did not sail

& the rain fell

on casual grass

everything was full

including the empty glass

— Maureen N. McLane, from: “All Good”


(Source: The Paris Review)

Cover picture: Wilhelm Weimar. Row of Trees by a Lake, 1900-1902


a “beautiful day”
a “beautiful day”
a “beautiful day”
a “beautiful day”

Categorie: Poëzie, Cultuur, diversen Tags: poëzie

  • Pagina 1
  • Pagina 2
  • Pagina 3
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Pagina 47
  • Ga naar Volgende pagina »

Copyright © 2025 Fernweh Magazine · Log in

  • Home
  • Winkel
  • Winkelmand
  • Mijn account
  • Inschrijven voor de nieuwsbrief
  • Cookiebeleid (EU)
Wij gebruiken cookies

Cookies helpen ons om de site goed te laten werken en om te begrijpen hoe bezoekers Fernweh.nu gebruiken. Kies zelf welke cookies je toestaat.

Functioneel Altijd actief
Deze cookies zijn nodig om de website goed te laten werken (bijv. voorkeuren / veilige login).
Voorkeuren
De technische opslag of toegang is noodzakelijk voor het legitieme doel voorkeuren op te slaan die niet door de abonnee of gebruiker zijn aangevraagd.
Statistieken
De technische opslag of toegang die uitsluitend voor statistische doeleinden wordt gebruikt. Deze anonieme gegevens helpen ons om de ervaring van je websitebezoek te kunnen verbeteren.
Marketing
Met deze cookies tonen we partnerlinks en inhoud die past bij onze verhalen en de interesses van bezoekers.
  • Beheer opties
  • Beheer diensten
  • Beheer {vendor_count} leveranciers
  • Lees meer over deze doeleinden
Bekijk voorkeuren
  • {title}
  • {title}
  • {title}