• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud

Fernweh Magazine

Ontsnap. Steeds vaker. En verder..!

  • Actueel
  • Cultuur
  • Artikelen & Interviews
  • Colofon
  • Winkelmand

J. Stevens

Albumtips week Nr. 43 | 2018 (HERFSTEDITIE)

Albumtips week Nr. 43 | 2018 (HERFSTEDITIE)

by J. Stevens · okt 28, 2018

We moesten er even op wachten maar de herfst is nu echt begonnen. Met deze albumtips van nieuwe releases, stap je zonder enige moeite van de zomer in de wereld van verkleurende bladeren die van bomen afdwarrelen, van mist en motregen en natuurlijk van knapperige haardvuren. Soms smokkelen we een beetje. Het debuut van Tomberlin verscheen bijvoorbeeld al in augustus… We hebben dit keer ook gekozen voor relatief veel Americana (van Roots, Country tot Folkachtige albums) – op een of andere manier past dat zo lekker bij de herfst, vinden we – andere is ook niet geheel afwezig, zo tippen we bijvoorbeeld Somalische funky discomuziek en muziek van een experimentele minimalist uit Estland. Maar goed, de herfst is dus eindelijk hier. Laat je meevoeren!


Overzicht Albumtips week Nr. 43 | 2018 (HERFSTEDITIE)

  1. Empire – Brad Armstrong
  2. Pink Air – Elysian Fields
  3. The art of pretending to swim – Villagers
  4. Songs of the plains – Colter Wall
  5. At weddings – Tomberlin

Bonustips:

  • C’est la vie – Phosphorescent
  • I’m a suspect – Lonny Holley
  • Abyskiss – Adrianne Lenker
  • Dur Dur of Somalia vol. 1 & 2 – Dur Dur Band
  • In the shadows (again) – Garrett T. Caps
  • >>> – Beak>
  • Muunduja – Maarja Nuut & Ruum

1. Empire – Brad Armstrong

Natuurlijk dien je als serieuze americanaliefhebber naar Empire (Cornelius Chapel Records) van Brad Armstrong te luisteren. Zeker als je ook van Matt Woods, Patterson Hood, Adam Faucett of Josh Nolan houdt. Rauwe, eerlijke, melodieuze gitaargeorienteerde singersongwriterrock dus. Maar dan wel rauw zonder dat het punky wordt. Armstrong is ook te vinden in de line-up van The Dexateens; Empire is echter het eerste album dat hij als soloartiest uitbrengt. Hij kreeg daarbij hulp van onder meer Maria Taylor die in de achtergrond zingt. Op het schitterde Deep Water zingt Taylor (zelf een begenadigd singer-songwriter, maar ook actief in Azure Ray) zelfs de lead vocals. Het gaat nooit goed met de bezongen levens op Empire. In het openings- (en titel)nummer gaat het al over de moeilijkheden om de endjes aan elkaar te knopen. The gas bill’s comin and that fuckin rent/Them liquor bottles are all mostly spent. Het daaropvolgende No Vain Apology gaat het over vrienden die geen vrienden meer zijn en een vrouw die hem verlaat met een geweer in haar handen. Het waarlijk schitterende nummer kent een zogenaamd verlosmomentje wanneer de na 30 seconden ingevallen drumcomputer 20 seconden later wordt vervangen door echte drums. Het wordt allemaal nog erger in Cherokee Nose Job, waarin de oude traditie van het opensnijden van het gezicht van je ontrouwe vrouw wordt beschreven. Nee, het is allemaal verre van okee wat Armstrong aansnijdt. Maar de wijze waarop hij dat doet is dan weer juist zeer okee. Emotionaal geladen nummers, snijdende solo’s en een scherp oog voor detail. Empire is een indrukwekkende plaat.
Tekst: Altcountry.nl​

 

2. Pink Air – Elysian Fields

Elysian Fields – Pink Air

Het nieuwe album van Elysian Fields bevat 11 tracks en heet Pink Air. Deze cult-rock band (geformeerd door co-componisten Jennifer Charles en Oren Bloedow) behoudt zijn integriteit qua sound en levert gelijk ook geduchte maatschappijkritiek en sociaal commentaar. Het album opent met “Storm Cellar” dat klinkt als een eenvoudig rocknummer, maar de tekst bestaat uit een bijdrage aan het maatschappelijk bevat over het milieu met metaforische zinnen als: “I don’t need to hear the forecast / but it’s coming for me.” Andere nummers als “Philistine Jackknife” zijn meer politiek getint, en tussen de regels door kun je precies horen waar dat over gaat. Met deze plaat brengt Elysian Fields zijn 11e album uit. Je hoort hoe ervaren de band is door het gemak waarmee gespeeld wordt en men op elkaar ingespeeld is. Een heerlijke plaat die soms doet denken aan het betere werk van PJ Harvey.

 

3. The art of pretending to swim – Villagers

The art of pretending to swim – Villagers

Villagers revancheert zich na twee wat zwakkere platen met misschien wel de beste plaat tot dusver.
Er gebeurt zoveel dat het je soms duizelt, maar ondertussen strooit de Ier ook driftig met geweldige popliedjes, met prachtige muziek en met heel veel avontuur en melancholie. Villagers maakt popliedjes die je na één keer horen dierbaar zijn, maar die je vervolgens volledig wilt ontrafelen. Prachtige plaat.

Villagers manoeuvreerde op haar vorige platen tussen folk, pop en rock en dat zijn genres die ook op The Art Of Pretending To Swim terugkeren. Conor J. O’Brien beperkt zich echter zeker niet tot de gebaande Villagers paden en flirt ook met 80s pop (ik hoor geregeld wat van Aztec Camera), jazz en zelfs R&B en soul. Het levert een serie heerlijk melodieuze songs op en het zijn songs die zowel lekker in het gehoor liggen als de fantasie prikkelen.

Veel songs op The Art Of Pretending To Swim klinken loom en dromerig, maar de plaat heeft ook een wat melancholische ondertoon. Zeker als de zon onder is komt de muziek van Villagers uitstekend tot zijn recht en verwarmt en verlicht het de avond en de nacht.

De plaat verdient het ook zeker om met de koptelefoon beluisterd te worden, want dan hoor je pas echt hoe uitvoerig Conor J. O’Brien heeft gesleuteld aan zijn nieuwe songs en hoe knap het allemaal in elkaar steekt. Nieuwe geluiden duiken op en verdwijnen weer en elektronische klanken kunnen zomaar evolueren in echte strijkers of andersom.

Ik was echt goed uitgekeken op de muziek van Villagers, maar The Art Of Pretending To Swim is in alle opzichten een prachtplaat en misschien zelfs wel de beste die Conor J. O’Brien tot dusver heeft gemaakt. Tekst: E. Zijleman, De krenten uit de Pop. [Tekst is flink ingekort door Fernweh red.]

 

4. Songs of the plains – Colter Wall

Songs of the Plains – Colter Wall

Steve Earle en Lucinda Williams lieten zich al lovend over hem uit en dat wekt geen verbazing bij het beluisteren van zijn tweede album. Wat wel verbazing wekt is het feit dat de donkerbruine stem die klinkt op deze sterke countryplaat toebehoort aan een slechts 23-jarige jongeman uit Canada. Zoals de titel al aangeeft, gaat Songs Of The Plains over de prairies. Een van die liedjes, Calgary Round-Up, is bekend van zijn landgenoot Wilf Carter, maar hoewel hij alle andere zelf schreef, klinken ook die alsof ze uit vervlogen tijden stammen. Soms jodelt hij zelfs als was hij Jimmie Rodgers of Hank Snow! Saskatchewan in 1881, Night Herding Song, Wild Bill Hickok, The Trains Are Gone, het zijn titels waaruit blijkt dat hij zijn klassiekers kent. Toch klinkt Songs Of The Plains zeker niet gedateerd, wat wellicht mede te danken is aan de sobere productie van Dave Cobb, die recentelijk nog werkte met onder meer John Prine, Chris Stapleton en Jason Isbell. Een akoestische gitaar, mondharmonica, af en toe een steel gitaar, een bijzondere stem, en, vooral, hele sterke liedjes maken van Songs Of The Plains een zeer opvallend album. Tekst: M. van Ravenhorst.

 

5. At weddings – Tomberlin

At weddings – Tomberlin

At Weddings is het eerst wapenfeit van de Amerikaanse singer-songwriter Tomberlin (volledige naam: Sarah Beth Tomberlin). Op haar debuutalbum presenteert ze tien sobere en nederige liedjes die van tijd tot tijd erg krachtig over komen en zelfs ontroerend durven te zijn.

Tomberlin is opgegroeid in de schaduw van de kerk, zo is haar vader een baptistendominee en zat ze op een streng christelijke school. Dat zorgt voor een gemengde erfenis. Aan de ene kant zingt ze ‘funny thing is that I always hated church’ in “I’m not Scared”, aan de andere kant stopt ze de invloed die de kerkdiensten op haar hebben gehad niet weg. De hymnen die ze daar vroeger hoorde hebben een grote invloed gehad op de plechtige en mystieke sfeer die in haar nummers hangt.

Een ding staat vast, mensen die genieten van ingetogen singer-songwriter doen er goed aan deze plaat een kans te geven, want er zijn zonder meer uitstekende nummers op terug te vinden. “Seventeen” is er zo een waarbij de sfeer perfect klopt, de emotionele lading sterk genoeg is om bij weg te dromen maar er niet zo dik op ligt dat het stroperig en melig wordt. Het hoogtepunt van de plaat heet “You Are Here”, dat vooral door de knappe tekst een heel droef en nostalgische kleed over zich heen krijgt.  Achter de somberheid die haar stem, de muziek en de tekst uitstralen zit een prachtig nummer verscholen.

Sarah Beth Tomberlin debuteert

De teksten gaan vaak over behoorlijk clichés: onbeantwoorde liefde, eenzaamheid en zoeken naar eenzaamheid en stabiliteit; er zijn al boeken over volgeschreven. Toch gaat ze er op een originele manier mee om en voelen haar teksten nergens afgezaagd aan. ‘I Wish I was a hero, with something beautiful to say’ klinkt het in “A Video Game”. Die wens is alvast uitgekomen. Waar het album op instrumentaal vlak soms wat kan inzakken, blijft het tekstueel niveau constant aanwezig.

Sommige nummers dwarrelen helaas voorbij zonder dat ze indruk maken. De instrumentatie op At Weddings is vaak nogal generisch. Wat rustiek getokkel, een akkoordenwisseling hier en daar, een vluchtige piano, een vleugje strijkers. Als je At Weddings beschouwt als een meditatiesessie past het allemaal perfect, maar is het genoeg om er een mens drie kwartier in ondergedompeld te houden? Volgens sommige recensenten wel, volgens anderen niet.

‘My life has always been a kind of secret, can you keep it?’ Tomberlin stelt de vraag tijdens het nummer “Seventeen” (clip hierboven). Voorlopig is haar muzikaal project slechts bekend bij een kleine groep liefhebbers van melancholische mijmermuziek en we hebben geen idee hoe dat in de toekomst zal evolueren. Wel zeker is dat Sarah Beth Tomberlin op haar debuutalbum een hele hoop talent etaleert en in staat is om prachtige nummers te schrijven. Wie weet vult ze er in de toekomst wel een volledige plaat mee.


B O N U S T I P S

  • C’est la vie – Phosphorescent
C’est la vie – Phosphorescent

Zo is het leven, aldus liedjesschrijver Matthew Houck van eenmansband Phosphorescent. Houck verliet New York, bouwde zijn eigen muziekstudio, kreeg twee kinderen en overleed bijna aan een hersenvliesontsteking. C’est La Vie gaat over de laatste ingrijpende periode in zijn nog relatief jonge leven. Negen liedjes komen voorbij. Soms somber, vaker opgewekt. Indiefolk op z’n best, zoals je van Phosphorescent mag verwachten. Een ode aan het leven, met New Birth In New England als fraaie belichaming van de plaat. Tekst: J. Teitsma

  • I’m a suspect – Lonny Holley
I’m a suspect – Lonnie Holley

Adembenemende Afro-Amerikaanse multi-media artiest uit New York. Tot 2012 was Holley bekend om z’n kunstwerken, z’n installaties en z’n geëngageerde politieke mening. In 2012 bracht hij z’n eerste plaat uit, ‘Just Before Music’ en die sloeg in als een bom, net zoals ‘Mith’, zijn derde album, dat nu weer doet. Lonnie Holley leerde zichzelf pianospelen. Z’n zang is hyperzelfbewust en wint aan zeggingskracht met iedere luisterbeurt. ‘Mith’ is een plaat die voor de huidige wereld valt te begrijpen. Hij is gemaakt van beton en tranen, vuiligheid en bloed, onrechtvaardigheid en hoop. Holley bedient zich van een soort impressionistische poëzie, super persoonlijk. Hij neemt een overduidelijk standpunt in (Black Lives Matter) en staat stil bij de hedendaagse Amerikaanse politiek. Je moet denken aan Bob Dylan, Joni Mitchell, Joanna Newsom en vooral Gil Scott-Heron. Tekst: Konkurrent

  • Abyskiss – Adrianne Lenker
Abyskiss – Adrianne Lenker

Met Big Thief bracht Adrianne Lenker twee prachtige albums uit met zeer persoonlijke songs die, ook vanwege schitterende concerten (o.a. Paradiso, Amsterdam) , alleen maar aan zeggingskracht hebben gewonnen. Solo zet ze de stijgende lijn gewoon door. Puur en ingetogen, warm en adembenemend zoals de mooiste Big Thief Ballads.

  • Dur Dur Of Somalia Volume 1 & 2 – Dur-Dur Band
Dur Dur Band – Somalia vol. 1 & 2

Absolute parel uit de Afrikaanse archieven, op het onvolprezen Analog Africa label. Ontstaan in 1980 werden ze al snel de populairste band in hun land, en terecht. De combinatie van traditionele Somalische muziek, funk en disco is onweerstaanbaar goed. En de wat roestige sound is heerlijk. De meest funky band uit Somalië!

  • In the shadows (again) – Garrett T. Caps
In the shadows (again) – Garrett T. Caps

Nieuwkomer Garrett T. Capps blaast je van je sokken met zijn space country
Een goed begin is het halve werk moet Garrett T. Capps gedacht hebben, want na de weergaloze openingstrack speelt de Texaanse muzikant een gewonnen wedstrijd. Op zijn nieuwe plaat kan de Amerikaan uit de voeten met countryrock die herinnert aan vervlogen tijden, maar in zijn  beste songs creëert Garrett T. Capps zijn eigen space country en maakt hij diepe indruk met een wonderschone instrumentatie, doorleefde vocalen en muziek die nadrukkelijk buiten de lijntjes van de traditionele countryrock kleurt. Het schaart In The Shadows (Again) onder de interessantere rootsplaten van het jaar. Tekst: E. Zijleman – De krenten uit de Pop

  • >>> – Beak>
>>> – Beak>

Slowly and unassumingly, BEAK> have built up a pretty remarkable catalogue of sludgy motorik, bleak psychedelia, and low-slung oddities. Their latest album, >>>, is perhaps their most melodic and crisply defined work yet – maybe, as their label Invada Records suggest, in response to “the infinite cut & paste fuzz pedal kraut bands on the planet.”

Lead single Brean Down is sullen but strangely anthemic, a two note bassline and gently squalling guitars sitting underneath a wistful vocal melody. Birthday Suit nods to the soundtrack aesthetic that has (explicitly or implicitly) informed much of BEAK> member Geoff Barrow’s post Portishead output. RSI has the same jittery, washed out, sensuality that reverberates through Dutch producer Dollkraut’s excellently unsettling output. And Where We Fall is a vocal-led, rhythmic piece of folk-noir, and is an evocative and striking conclusion to the album, drawing on the oddball occultism that DIY labels like Devon Folklore Tapes shine a murky light on. Tekst: A. Corner, Crack Magazine

  • Muunduja – Maarja Nuut & Ruum
Muunduja – Maarja Nuut & Ruum

Taal kan wel eens afleiden van de muziek. Daar zal bij het debuutalbum “Muunduja” van Maarja Nuut & Ruum geen sprake van zijn. Want na al die jaren heb ik het Ests nog altijd niet onder de knie. Er zit dus niets anders op dan naar de zang van Nuut te luisteren als een extra instrument.Dat komt goed uit. Ze staat namelijk ook te boek als stemkunstenaar. Niet alle negen composities bevatten overigens haar stem. Op ‘Muutuja’ is bijvoorbeeld een hoofdrol weggelegd voor haar vioolspel. Door Ruum met een duistere soundscape omsingeld.

Extra emotionele lading van Maarja Nuut & Ruum: Op ‘Hamed kadunud’ is wel de stem van Nuut te horen. Het zorgt direct voor een extra emotionele lading. Samen met het vioolspel en het electronische arrangement verandert het nummer langzaam in een mantra. Op ‘Mahe’ horen we Nuut haar stem weer tot kunst verheffen. Het vioolspel lijkt haar roep te beantwoorden.

Radiohead: Op ‘Kuud kuulami’ keert haar stem gesampled à la Radiohead weer terug. Het instrumentarium op ‘Miniature C’ houdt het midden tussen een kerk- en draaiorgel, langzaam verworden tot chaos. Die ook opeens weer verdwenen is.

Schaarse momenten: Sfeervol en knap is de muziek van Maarja Nuut & Ruum zeker. Maar de momenten waarbij je dit album kunt opzetten zullen denk ik wel schaars zijn. Bij voorkeur aan het einde van de nacht als het eerste zonlicht de schemering verdrijft. Tekst: In de ban van


Alle albumtips hebben we hieronder integraal in een handige Spotify-lijst gezet. Beluister ze allemaal!

Onze regelmatig ververste Fernweh Magazine-lijst volgen op Spotify kan natuurlijk ook [gebruikersnaam: fernweh-magazine, Naam playlist: ‘FERNWEH albums vd week TIP’]. Daarin zetten we steevast de meest interessante nieuwe albumreleases van de week.

[De eerste 2 nummers overslaan. Die staan erin vanwege een bug in Spotify. Onze Minions krijgen die nummers maar niet verwijderd… De lijst begint dus op #3]


–

 

Categorie: Cultuur, Muziek, Recensies

Beruchte kajakziekte & De grootste ‘badass’

Beruchte kajakziekte & De grootste ‘badass’

by J. Stevens · okt 23, 2018

Onlangs las ik onderstaande intrigerende passage in het prachtige boek Pilgrim at Tinker Creek van Annie Dillard uit 1974. Het toeval wil dat uitgeverij Atlas Contact heeft aangekondigd om binnenkort (januari 2019) met een Nederlandse vertaling van dit bijzonder mooie boek te komen. En die Peter Freuchen die hieronder geciteerd wordt maar waarvan ik nog nooit gehoord had? Hij blijkt ook nogal bijzonder te zijn: misschien wel de meest bijzondere kerel, tevens grootste ‘badass’ ooit. Zóveel bijzonderheden zijn natuurlijk reden voor een nadere beschouwing.

CITAAT:

“When too much light falls on everything, a special terror results. Peter Freuchen* describes the notorious kayak sickness to which Greenland Eskimos are prone.

‘The Greenland fjords are peculiar for the spells of completely quiet weather, when there is not enough wind to blow out a match and the water is like a sheet of glass. The kayak hunter must sit in his boat without stirring a finger so as not to scare the shy seals away… The sun, low in the sky, sends a glare into his eyes, and the landscape around moves into the realm of the unreal. The reflex from the mirrorlike water hypnotizes him, he seems to be unable to move, and all of a sudden it is as if he were floating in a bottomless void, sinking, sinking, and sinking… Horror-stricken, he tries to stir, to cry out, but he cannot, he is completely paralyzed, he just falls and falls.’ ”

— Annie Dillard, Pilgrim at Tinker Creek [1974]

‘[…] he just falls and falls.’
Inuit in een kajak op een bijna windstil Lake Harbour, (CAN) [± 1920]

Pelgrim langs Tinker Creek – Annie Dillard

Bovenstaande passage komt uit een boek van Annie Dillard. Zij verhuisde in 1971 naar Tinker Creek, een vallei in de Amerikaanse staat Virginia. Daar woonde ze vier seizoenen, alleen, in een huis aan de rand van het dal. Tijdens haar verblijf houdt Dillard een dagboek bij waarin ze over haar dagelijkse omzwervingen langs de oevers van het riviertje Tinker Creek schrijft.

De lucht boven Tinker Creek

Energiek en bezield vertelt ze over de vaak genadeloze natuur in en rond de rivier en hoe gedurende de seizoenen het leven onophoudelijk aan verandering onderhevig is. Annie Dillard dwingt je voortdurend naar details te kijken, waardoor je je aldoor omringd voelt door het mysterie, de dood, de schoonheid, en het geweld van de natuur. En dat is meteen de grootste les van Dillards proza: dat we niet los van de natuurlijke wereld leven, maar er deel van uitmaken.

Tinker Creek: mooie bossen, riviertjes en watervallen

Pelgrim langs Tinker Creek is een subliem poëtisch dagboek, een kroniek van een zoektocht naar niets minder dan de betekenis van het leven, een natuurklassieker van jewelste. Het wordt niet voor niets altijd in één adem genoemd met Walden van Henry David Thoreau of de boeken van John Muir. In dat rijtje past ook de, wat Fernweh Magazine betreft, onvolprezen hedendaagse Franse schrijver Sylvain Tesson, waarover wij onder meer hier (=passage uit één van zijn boeken) en hier (=aankondiging en samenvatting nieuw te verschijnen boek) eerder schreven.

De Nederlandse versie

In januari 2019 verschijnt het boek Pelgrim langst Tinker Creek van Annie Dillard in Nederlandse vertaling bij uitgeverij Atlas Contact.


* Over Peter Freuchen, mogelijk de interessantste man ter wereld…

Wie is die man die Annie Dillard in haar boek citeert? Dat is niet zomaar iemand. Lorenz Peter Elfred Freuchen (1886 – 1957) was een Deense ontdekkingsreiziger, auteur, journalist, arts, antropoloog en sowieso een héééle vette Badass (met hoofdletter ‘B’). Hij is onder meer beroemd vanwege zijn Arctic exploration, in het bijzonder de Thule Expedities waarvoor hij met een hondenslee 2000 kilometer (!) sneeuw, ijs en vrieskou trotseerde.

Eén van vele avonturen

Omdat hij het, eenmaal aangekomen in Groenland, wel naar zijn zin had, bleef hij twee decennia bij de “Eskimo’s” (tegenwoordig worden de inheemse bewoners van Groenland ‘Inuit’ genoemd). Hieronder zie je hem afgebeeld in een jas gemaakt van… de ijsbeer die hem aanviel. Een wolf die hem ooit aanviel, viel hetzelfde lot ten deel.

Ook had hij eens te kampen met bevroren ledematen. Zijn voeten waren al helemaal zwart van het koudvuur. Wat doet een man als Freuchen dan? Met een tang en een hamer zette hij vervolgens zélf maar even de aangetaste delen van zijn eigen voeten af, waaronder al zijn tenen. Chuck Norris is een pussy als je dat leest, nietwaar?

Oké Rambo nam het in de film weliswaar op tegen de Russen in Afhanistan maar Peter Freuchen was op zijn beurt in het echte leven een heuse ‘Nazi-slayer’. Bovendien gaf Freuchen natuurlijk ondergronds leiding aan het Deense Verzet. Toen hij onverhoopt in de handen van de Nazi’s viel – die vanwege zijn enorme slagkracht jacht op hem maakten – veroordeelden ze hem tot de doodstraf. Deze werd niet voltrokken omdat… onze held Rambojaans wist te ontsnappen. In zijn geval naar Zweden.

Peter Freuchen [1906]
Na de oorlog ondernam hij en passant ook nog expedities naar Zuid-Afrika en het immer plezierige Siberië. O ja, hij speelde ook nog in speelfilms waarvan er één natuurlijk een Oscar won. Hij trouwde drie keer. Alledrie de keren met bijzondere vrouwen: eerst een Inuit-mevrouw en na haar dood een miljonairsdochter bijvoorbeeld.

En wat deed hij toen hij eens in het Arctische gebied levend begraven werd in een soort van sneeuw- en ijssarcofaag, veroorzaakt door een lawine tijdens een zware storm? Van zijn eigen bevroren uitwerpselen maakte hij een mes waarmee hij zich een weg naar de oppervlakte bikte. Dat heb ik zelfs McGyver himself nooit zien doen. Zijn vele unieke etnologische, literaire en overige bijzondere verrichtingen laat ik zelfs nog buiten beschouwing. Wel stel ik de vraag: is Peter Freuchen, de ultieme Badass? Wie durft daarover nog te twijfelen?

Peter Freuchen – een beer van een vent

♥  Fernweh Magazine belicht regelmatig voortreffelijke,

    vrij onbekende en / of in de vergetelheid geraakte, boeken.



Als je bovenstaand artikel interessant vond, lees dan ook:

Biografieën van obscure figuren / helden

  • Wie wil niet ook een beetje Martin zijn?
  • ‘Jouw paradijs, hoeveel ruimte is daar?’ (over Ben Ali Libi, goochelaar)
  • Het fabuleuze verhaal van Xepsiss Klerglemoss, uitvinder
  • Het bos in – 27 jaar alleen in de wildernis
  • Held Havel is heengegaan – in memoriam
  • De heerlijke herontdekking van Hailu Mergia

Prachtige passages uit (obscure) literatuur e.d.

  • Ongebaande paden | Sylvain Tesson
  • De samenzwering der fietsers | Svetislav Basara
  • Meervoudig afwezig – Verrukelijke poëzie  | Ester Naomi Perquin
  • De hopeloze kunst een goede hotelkamer te boeken | Hermann Hesse
  • De eerste koude nacht | Michael Löffler
  • Helaas, helaas, helaas, de zomer ging | Willem de Mérode

–

–

–

 

Categorie: Boeken, Cultuur, Reizen

Verlangen naar nog niet verschenen romans

Verlangen naar nog niet verschenen romans

by J. Stevens · aug 28, 2018

Vrijwel nooit is mijn verlangen om een boek te lezen groter dan op het moment dat het nog net niet is verschenen (in Nederlandse vertaling). Hieronder raad ik alvast een aantal van die boeken aan. Geduld, geduld, want ze zijn binnenkort te koop maar nu nog net even niet…

 

1. Meneer Kato speelt familie – Milena Michiko Flašar

COVER Meneer Kato speelt familie - Milena Michiko Flasar - Fernweh MagazineDe Japans-Oostenrijkse Milena Michiko Flašar (1981) heb ik leren kennen via haar prach-ti-ge debuut: Een bijna volmaakte vriendschap. De schrijfster studeerde onder meer vergelijkende literatuurwetenschappen in Wenen en Berlijn . Ze is de dochter van een Japanse moeder en een Oostenrijkse vader en de schrijfster woont in Wenen. Het prachtige boek dat in een ‘Japanse verstilde stijl’ geschreven is, moet je echt lezen als je dat nog niet gedaan hebt. Een introverte beauty van bescheiden omvang, waarmee ze terecht vele prijzen won. Niet alleen biedt het tere boek een fijne leeservaring maar en passant leer je ook nog de ins en outs van het leven in het hedendaagse Japan; bijvoorbeeld over hikikomori en salary men. Een echte aanrader.

Dit verfijnde boek maakt me extra nieuwsgierig naar haar opvolger. Binnenkort (vanaf begin september 2018) is in vertaling Meneer Kato speelt familie verkrijgbaar. Ik kan niet wachten!

Samenvatting

De dagen rekken zich oeverloos, en tegelijk vliegt de tijd voorbij als een zwaluw. Eigenlijk kan het leven nu écht beginnen. Misschien moet hij een klein wit hondje aanschaffen? Meneer Kato verlangt naar een opwindend leven. In ieder geval minder saai.
Wat benijdde hij zijn collega, die na zijn pensioen een motor kocht en met wapperend haar de ondergaande zon tegemoet reed (ook al was er niets van waar). Maar nu is meneer Kato zelf pensionado en heeft hij geen idee hoe hij zijn verdere leven zal aanpakken. De kinderen zijn al lang het huis uit, en thuis werkt hij zijn vrouw op de zenuwen. In de grote flat, waarvoor hij zo hard heeft gewerkt, is het stil geworden.
Of die jonge vrouw die hij onlangs op de begraafplaats heeft ontmoet een kletsmajoor of een oplichter is, weet hij niet zo goed. Maar hij neemt haar aanbod aan om als medewerker van haar agentschap Happy Family als stand-in op te treden. De ene keer als lieve opa, een andere keer als ex-echtgenoot die zonder morren de afwas doet, of als begripvolle baas. Allemaal mensen die in deze vorm niet bestaan. Het is een inventieve ‘waarheidscorrectie’. Meneer Kato speelt zijn rol met volle overtuiging, steeds weer verrast over al die onvervulde wensen, verkeerde keuzes en gemiste kansen, jaloezie en verdriet.
Net als in haar bewonderde debuut Een bijna volmaakte vriendschap slaagt Milena Michiko Flašar erin om met compassie en warmte over een heel gewoon maar uniek leven te vertellen. Ze schrijft over iemand die op het laatste moment begrijpt, dat geluk of een geslaagd leven geen toeval of lot is, maar hard werken.

 

  • Taal: Nederlands
  • Verschijningsdatum: begin september 2018
  • Aantal pagina’s: 192 pagina’s
  • ISBN13 9789059368088
  • Auteur: Milena Michiko Flasar /// Vertaald door: Kris Lauwerys
  • Uitgever: Cossee

2. Mijn jaar van rust en kalmte – Ottessa Moshfegh

COVER Mijn jaar van rust en kalmte - Ottessa Moshfegh - Fernweh MagazineMedio september komt vervolgens een boek in vertaling uit van de in Boston (VS) geboren Ottessa Moshfegh: Mijn jaar van rust en kalmte. Haar korte verhalen in The Paris Review waren eerder prijswinnend. Ze ontving een ‘creative writing fellowship’ van de National Endowment of the Arts en nu is ze een Wallace Stegner fellow aan Stanford University. Haar roman Eileen stond op de shortlist van de Man Booker Prize 2016. Natuurlijk verlangen we allemaal naar een jaar van rust en kalmte en alleen al daarom zijn we geïnteresseerd in dit boek. Daarnaast ben ik ook erg benieuwd naar deze jonge schrijfster die door kenners gezien wordt als een van de meest veelbelovende schrijftalenten in de VS en daarbuiten.

Samenvatting

Eigenlijk zou onze hoofdpersoon gelukkig moeten zijn: ze is jong, slank, mooi, net afgestudeerd aan Columbia, heeft een eenvoudige baan bij een trendy kunstgalerij en woont in een appartement aan de Upper East Side van Manhattan dat ze – net als alles in haar leven – betaalt van een erfenis.

Desondanks is er een donker, luchtledig gat in haar hart dat niet enkel te verklaren is door het verlies van haar ouders, de manier waarop haar geliefde haar behandelt of haar sadomasochistische relatie met haar beste vriendin Reva. Het is het jaar 2000 in een stad die glinstert van rijkdom en onuitputtelijke mogelijkheden. Wat zou er dan toch zo vreselijk verkeerd kunnen voelen?

Mijn jaar van rust en kalmte is een krachtig antwoord op die vraag. In dit verhaal over een jaar doorgebracht onder de invloed van een waanzinnige combinatie van drugs die de hoofdpersoon zouden moeten genezen van haar vervreemding van deze wereld, toont Moshfegh de lezer hoe redelijk en zelfs noodzakelijk precies die vervreemding kan zijn. Zowel fijnzinnig als zwartgallig grappig, genadeloos en barmhartig: dit boek toont ons een jonge, veelbelovende schrijfster op de toppen van haar kunnen.

‘Een van de grappigste, meest verfrissende romans die dit jaar verschenen zijn.’

The New York Times

‘Dit is mogelijk de beste existentiële roman die niet door een Franse auteur geschreven is.’

Kirkus

 

  • Taal: Nederlands
  • Verschijningsdatum: medio september 2018
  • Aantal pagina’s: 240 pagina’s (met illustraties)
  • ISBN13 9789048846047
  • Auteur: Ottessa Moshfegh /// Vertaald door: Lidwien Biekmann & Tjadine Stheeman
  • Uitgever: Hollands Diep

3. Een zomer met Homerus. Een reis door de mythologie en het nu – Sylvain Tesson

Een zomer met Homerus - Sylvain Tesson - Fernweh MagazineWel drie heerlijke zomers bracht ik door met de geweldig avonturen van erudiet, avonturier, filosoof en Franse schrijver Sylvain Tesson. Hij mag mij vanaf de eerste zomer al tot zijn fans rekenen!

Met hem zat ik in de Auvergne, Frankrijk maar als het ware Zes Maanden in de Siberische Wouden aan het Bajkal meer, in het Zuiden van Siberië, Rusland. Wat een aanrader!

Een andere zomer zat ik in de zijspan van zijn antieke Russische motor. Ik las toen zijn Berezina – met Napoleon in de zijspan. Op zijn motor (voor kenners: een echte Ural!) scheurt Tesson samen met een stel vrienden met dito motoren van Moskou naar Parijs. Tesson volgt het winterse, terugtrekkende spoor van Napoleon en zijn Grande Armée nadat het, dan exact 200 jaar geleden, door tsaar Alexander I is verslagen en over de rivier Berezina een goed heenkomen zoekt. Ternauwernood ontsnapt Napoleon daar aan een totale vernietiging. Onderweg in de zijspan leest Tesson – en dus ook ik als lezer – de mémoires van generaal Caulaincourt en luitenant Bourgogne.

Vorig jaar zomer las ik nota bene ín Frankrijk zijn tocht Langs ongebaande paden – een voetreis dwars door Frankrijk. Heerlijk om samen met Sylvain Tesson weg van de digitale snelweg de geitenpaden die je dwars door de Franse natuur leiden, te betreden. Lees hier een mooi (kort) fragment uit dat boek.

Dan nu zomervakantie 2018. Ik had me natuurlijk verheugd op weer een avontuurlijke reis met Tesson. Maar tot mijn grote ontsteltenis ontdekte ik… géén nieuwe Tesson. Wat een teleurstelling! Er zou pas in december 2018 een nieuwe uitkomen in Nederlandse vertaling. Een zomervakantie zonder de Fransman dus, maar gelukkig wel met het vooruitzicht dat er een winter met Tesson aankomt. En toch zal dit ook alsnog een beetje een zomer met Tesson opleveren want zijn nieuwe boek heet: Een zomer met Homerus – Een reis door de mythologie en het nu. Wat ik ervan weet is dat hij in de zomer van 2017 een serie programma’s voor de Franse radio maakte, en dat dit boek daarvan de neerslag is.

Overigens een tip voor de liefhebbers van de boeken van Sylvain Tesson: in het Frans zijn nog meer van zijn boeken te verkrijgen. Hopen dat uitgeverij Athenaeum zijn hele oeuvre tot op heden vertaalt! Het is de moeite waard!

Samenvatting

De Ilias en de Odyssee zoals ze u nog nooit verteld zijn. Een reis van Homerus naar de eenentwintigste eeuw – een reis van 2500 jaar.

Iedere keer dat je een persoonlijke crisis doormaakt, of getuige bent van een ramp, vind je bij Homerus de beschrijving ervan, de uitleg en de duiding. Zijn werk is een leidraad voor het leven. Sylvain Tesson, befaamd reiziger en schrijver, neemt ons mee naar Homerus’ wereld én de onze: “In het Midden-Oosten maakt men elkaar af, Homerus beschrijft die oorlog. De Koerden vechten voor hun land, Homerus verhaalt over de strijd van Odysseus om zijn verloren macht terug te krijgen. Ecologische rampen jagen ons angst aan, Homerus schildert de razernij van de natuur en de waanzin van de mens.’

Maar Homerus is ook, en allereerst: de vreugde van het lezen. Ook voor kinderen. Zijn werk zit vol stelende meisjes, figuren die uit de aarde tevoorschijn komen, monsters die helden bevechten op het water, in het water, in de lucht…

  • Taal: Nederlands
  • Verschijningsdatum: december 2018
  • Aantal pagina’s: 176 pagina’s
  • ISBN13 9789025309510
  • Auteur: Sylvain Tesson /// Vertaald door: Katelijne de Vuyst
  • Uitgever: Athenaeum

 

Categorie: Boeken, Cultuur Tags: Boek, Boeken, Boekrecensie

Wie wil niet ook een beetje Martin zijn?

Wie wil niet ook een beetje Martin zijn?

by J. Stevens · feb 23, 2018

Martin is een korte docu (± 9 minuten) van de Ierse regisseur en fotograaf Donal Moloney over (zijn band met) Martin. Daarin is elke seconde het kijken waard!

Martin Hart & Donal Moloney maken een strandwandeling

Moloney zag hem voor het eerst vanuit zijn ooghoek toen hij een brug passeerde. Martin sliep onder de Westland Row brug in Dublin en leek, volgens Moloney, haast wel een romanfiguur van Dickens. Hij moest en zou hem ontmoeten. Zo geschiedde.

Martin op een uitstapje naar Wicklow Mountains waar Donal hem fotografeert
Martin onder de ‘Westland Row’-brug, waar hij 4 van de 14 jaar dat hij op straat leeft, te vinden is | Foto: Donal Moloney
Home is the intellectual capacity to be happy”
~ Martin Hart
Martin Hart (leeftijd: ruim zestig jaar) blijkt al 14 jaar in de straten van Dublin te leven. Hij is eloquent, zeer belezen en ronduit intelligent. Is hij te karaktiseren als ‘dakloos’? Nou nee: de hemel vormt zijn dak. Overal is zijn thuis. En wat ‘ongelukkig zijn’ betekent, kan hij je niet vertellen. Wie wil dát nou niet ook een beetje meer?

Klik rechts onderaan op de vier pijltjes (‘enter full screen’) in het Vimeo-scherm om het filmpje beeldvullend te maken en kijk nu hier deze prach-ti-ge korte film, getiteld:

MARTIN



 

 


Interesseert dit je?

Dan ben je misschien ook geïnteresseerd in andere Fernweh-posts:

https://www.fernweh.nu/de-schoonheid-van-het-alledaagse/

HET BOS IN – 27 jaar alleen in de wildernis

De geheimzinnige ambachtslieden die rijst polijsten

Boer richt monument op voor overleden vrouw

Categorie: Artikelen & Interviews, Cultuur, Film

Ongebaande paden

Ongebaande paden

by J. Stevens · aug 15, 2017

“Ik had een droom die me niet losliet. Ik stelde me voor dat er een beweging zou ontstaan die het ‘genootschap van de ongebaande paden’ zou heten. Die ongebaande paden stonden dan niet alleen voor een netwerk van dwarswegen, maar konden ook duiden op de mentale omzwervingen die we zouden maken om aan de moderne tijd te ontsnappen. Getekend op een kaart en slingerend over de grond zouden ze zo hun weg vervolgen in onszelf en onze geestelijke vluchtroute traceren. Je hoefde de wereld niet te minachten of de pretentie te hebben die te kunnen veranderen. Nee! Het feit dat je er niets mee gemeen had was al voldoende. De wereld uit de weg gaan vond ik getuigen van moed en tact. De aftocht organiseren leek me dringend gewenst. De regels voor deze existentiële onderduiktactiek beperkten zich tot een paar simpele voorschriften: je niets aantrekken van wat er in de wereld gebeurde, je nergens door laten meeslepen, zelf bepalen wanneer je in opstand kwam, waar je warm voor liep, wat je tegen de borst stuitte, je verschansen achter een muur van boeken, tussen de bomen, aan tafel met vrienden, denken aan dierbaren die waren overleden, je omringen met wie je liefhad, mensen helpen die je daadwerkelijk was tegengekomen en van wie je niet alleen het statistische bestaan had bestudeerd. Kortom, je eigen weg gaan. Beter nog: verdwijnen! ‘Leef in het verborgene’, luidde een van de spreuken van Epicurus (niet dat dat hem is gelukt, want tweeduizend jaar na zijn dood weten we nog steeds wie hij is). Maar daarmee heeft hij wel een pleidooi gehouden voor de ongebaande paden.

Sylvain Tesson op weg dwars door onbekend Frankrijk. Deze foto werd gemaakt door zijn kompaan en (deels) reisgezel: Thomas Goisque

We zouden die ongebaande paden massaal gaan bewandelen want de groep die een allergie ontwikkelde voor virtuele illusies werd alleen maar groter. We hadden genoeg van de aansporingen van onze tijd: Enjoy! Take care! Be safe! Be connected! We waren het koortsachtige stadsleven zat. Als we de blauwe schermen die onze hightech levens beheersten kapot zouden trappen, zou daarachter zo’n ongebaand pad opdoemen, als een licht aan het einde van een tunnel. Dit alles was geen politiek manifest. Het was een uitnodiging om de benen te nemen. Leven leek me synoniem met wegwezen. Nadat Napoleon met generaal De Caulaincourt de Berezina was overgestoken, had hij in de arrenslee die hen terugbracht naar Parijs tegen hem gezegd: ‘Er zijn twee soorten mensen, degenen die bevelen en degenen die gehoorzamen.’ Toen ik me nog hevig interesseerde voor het Empire, en zelfs met een steek op in bad ging, had ik dat een zeer rake uitspraak gevonden. Maar nu, terwijl ik op de modderige oever van de Var mijn sokken uitwrong, vond ik dat de keizer een derde categorie over het hoofd had gezien: degenen die vluchten. ‘Sire!’ zou ik, als ik hem gekend had, tegen hem hebben gezegd, ‘Vluchten is bevelen! Je beveelt tenminste het lot om je met rust te laten.’ “”


Het bovenstaande had zomaar

de beginselverklaring kunnen zijn van:

Fernweh | Ontsnap. Steeds vaker. En verder..!


Passage geciteerd uit:

  • Sylvain Tesson, Ongebaande paden – Een voetreis dwars door Frankrijk, Amsterdam – Antwerpen, Uitgeverij De Arbeiderspers, Vert. Eef Gratama, blz. 38 – 40. 

Reiziger, filosoof en avonturier Sylvain Tesson (1972) is een bekende en zeer populaire hedendaagse Franse schrijver. De Arbeiderspers publiceerde eerder van hem Zes maanden in de Siberische wouden (Prix Médicis 2011) dat tevens een van onze lievelingsboeken is en Berezina (Prix des Hussards 2015).

Wij hopen oprecht dat De Arbeiderspers nog vele boeken van hem (alsnog) zal vertalen: een unieke, prettig wijsgerige en bovendien erudiete stem in de hedendaagse literaire wereld.


♥ Fernweh Magazine belicht regelmatig voortreffelijke en soms helaas onbekende / obscure boeken.

 

 

Categorie: Boeken, Cultuur

De Samenzwering der Fietsers

De Samenzwering der Fietsers

by J. Stevens · jul 5, 2017

“Diezelfde avond kregen alle deelnemers enveloppen met een gemarkeerde route, een gedetailleerde omschrijving van de dromen die ze zouden moeten hebben op specifieke punten en met individuele taken. Onmiddellijk werd het duidelijk dat de waarschuwingen van de gezant van de Grootmeester geenszins holle frasen waren. Zonder die waarschuwingen zouden de taken tot verbazing bij iedereen hebben geleid. Ik zal er maar een stuk of wat citeren: Eén fietser diende bijvoorbeeld tien gram hasjiesj in een bepaalde straat, van een bepaalde man in Istanboel te kopen en deze vervolgens gedurende de maand september op te roken in kamer 213 van het ‘Hotel Paris’; Anderzijds werd een ander opgedragen om een ​​oud huis in Smyrna te kopen, te renoveren, te meubileren en vervolgens aan een derde fietser op te leveren die op 15 augustus in Smyrna zou arriveren om datzelfde huis in brand te steken in de nacht van de 16e op de 17e; Eéntje zou zelfs een fourniturenwinkel in Athene moeten openen en een ander diende chef-kok te worden in de residentie van de Britse ambassadeur in Ankara.”

Passage uit: Svetislav Basara, The Cyclist Conspiracy, OpenLetter, March 20, 2012 [978-1-934824-58-0]


  • Vertaald uit het Engels door J. Stevens, Fernweh Magazine.
  • Orginele titel (Servisch:) Fama o biciklistima (‘Gerucht over fietsers’) .
  • Jaartal coverfoto: 1898. Bron foto: onbekend.

♥ Fernweh Magazine belicht regelmatig voortreffelijke maar helaas onbekende / obscure boeken.

 

Categorie: Boeken, Cultuur

Leren maakt meer kapot dan je lief is

Leren maakt meer kapot dan je lief is

by J. Stevens · jul 4, 2017

In de eerste klas (groep 3) van de basisschool leerde de juf ons lezen. Er ging een wereld voor mij open. De Roverkoning kwam soms om letters in woorden af te knippen, zo beleerde juf ons. Bijvoorbeeld bij: ‘lee-ren’. Die overbodige luxe van maar liefst twee letters ‘e’ in de eerste lettergreep, daar hielden de juf en de Roverkoning niet van. Laatstgenoemde kwam dan om het woord van die overbodige ‘e’ te beroven, zo werd mij verteld. Dat kon je maar beter vóór zijn door leeren alvast zelf met één ‘e’ te schrijven: leren. Op een plaatje was te zien dat de Roverkoning zich te paard voortbewoog en een gouden schaar hanteerde om de overbodige letters af te knippen en mee te nemen. Zo leerde de juf ons gaandeweg lezen.

Op een dag keek ik verveeld uit het autoraam. Elke auto had een gezicht. De koplampen waren de ogen, het chroom erboven de wenkbrauwen, het merktekentje de neus, etc. Zoals gewoonlijk, passeerden we een rotonde en daar zag ik het voor het eerst. Die bekende neonlichten, daar stond: ho-tel. Hotel! Zo had ik het nog nooit gezien. En daar stond ‘Bar’ en daar stond ‘Park’. Ik keek nog eens en nog eens. Ik realiseerde me dat ik die woorden voorheen als vormen zag. Vanzelfsprekende en mystieke tekens die toen nog hoogstens mannetjes, boten en een zwembeest vormden of – zonder vergelijking met wat dan ook – op zichzelf stonden, als een totem van een bepaalde wijk fungeerden. Het waren nu woorden geworden die anderen en ik konden lezen en die verwezen naar iets kenbaars voor iedereen.

Een andere kant van leren - column door Jorrit Stevens partner & adviseur GrasFabriek

Terwijl mijn vader iets tegen mijn moeder zei en daarbij de muziek aanzette door een bandje in de autoradio te duwen, werd ik, voor hen onmerkbaar, overvallen door een merkwaardig soort spijt. Ik probeerde de woorden zolang mogelijk na te kijken. Maar hoewel ik vol overgave probeerde, ik kon de woorden niet meer ‘ontlezen’. De wereld van de koddige vormen die ik voorheen verspreid zag staan op gebouwen, op borden, eigenlijk overal, was voorgoed verdwenen. ‘Dit zien volwassenen dus al die tijd al’. Voorin zette een geanimeerd gesprek zich voort. Achterin voelde ik me dankbaar toegelaten tot deze nieuwe leesbare wereld die volwassenen met elkaar bleken te delen en waar je als kind geen weet van had. Daar hoorde ik nu toch maar mooi bij.

Toch overheerste het gevoel van melancholie, van afscheid nemen van dit, mij dierbare, deel van mijn kind-zijn. De Roverkoning had niet alleen de overbodige letters weggeroofd maar ook mijn tot dusver haast magische zicht op de werkelijkheid. Toegang tot de geroofde buit van de Roverkoning heeft geen mens. Waar hij zijn geroofde letters laat? Dat heeft onze juf ons nooit verteld. Wie zal het zeggen? Tot mijn spijt, besefte ik wel dat de Roverkoning meer geroofd had dan een letter hier en daar. Mijn oude manier van ‘zien’ bestond niet meer. Ik was voorgoed beroofd van de toegang tot de magie van de pre-leeswereld, wellicht door de man met de gouden schaar. Een passerende Honda keek me onderzoekend aan. Leren maakt soms meer kapot dan je lief is.


Deze column is geschreven door drs. Jorrit Stevens. Jorrit is als adviseur en partner verbonden aan GrasFabriek. Hij richt zich op adviseren bij: samenwerken & organiseren, ontwikkelen & leren. Ook is hij redacteur en mede-oprichter van Fernweh.

Categorie: Artikelen & Interviews, diversen

  • « Ga naar Vorige pagina
  • Ga naar pagina 1
  • Ga naar pagina 2
  • Ga naar pagina 3
  • Ga naar pagina 4
  • Ga naar pagina 5
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Ga naar pagina 45
  • Ga naar Volgende pagina »

Copyright © 2023 Fernweh Magazine · Log in

  • Home
  • Winkel
  • Winkelmand
  • Mijn account
  • Inschrijven voor de nieuwsbrief