Alain de Botton, filosoof, gisteren op Twitter:
Sign of the times: next year, I stand to make more of my income talking about my books to audiences than selling the books themselves.“
Ontsnap. Steeds vaker. En verder..!
by J. Stevens ·
Alain de Botton, filosoof, gisteren op Twitter:
Sign of the times: next year, I stand to make more of my income talking about my books to audiences than selling the books themselves.“
by J. Stevens ·
‘Verdien € 500,-‘ zo luidt de koptekst van een mail van de HRM-afdeling. ‘Elke collega die een nieuwe collega aandraagt, verdient maar liefst €500,-‘ Het jachtseizoen is geopend, namelijk de jacht op talent. Het duurt niet lang meer voor de jacht ontaardt in een ware oorlog: een war on talent.
Raden van Bestuur weten zich in deze episode geen raad. Er is behoefte aan een boel mensen want het is een bull market. ‘Waar halen wij zo snel mensen vandaan?’, vraagt men zich af. Personele groeitargets worden gesteld en de messen geslepen, hoewel hier zonder mes en vork gegeten wordt. Gewoon, met beide handen, worden king size porties potentials gescout, topmensen ge-searched om vervolgens de organisatie binnengeschrokt te worden. ‘Sla het assessmentcenter maar even over. Binnenhalen die hap!’
Ook zijn er organisatieonderdelen die ongemerkt enorm gegroeid zijn. ‘Ik geloof erin dat een divers personeelsbestand het beste tegemoetkomt aan de steeds diverser wordende eisen vanuit de markt’, spreekt de bestuursvoorzitter zijn troepen toe. Hij koestert de heimelijke wens om dit jaar het personeelsbestand te verdubbelen. Dit is onbeheersbare binge-werving & selectie. ‘Heerlijk schrokken, haast zonder te proeven en het punt van verzadiging komt nooit!’
Maar dan zijn er plotseling die gevoelens weer. Sommige managers voelen zich in toenemende mate schuldig. Het besef dat de organisatie in korte tijd ongelofelijk gegroeid is, lijkt door te dringen. De groei-euforie waarin het management, haast zonder erbij na te denken, mensen binnenhaalt, lijkt plaats te maken voor neerslachtigheid.
‘Zit er niet wat te veel vet op de botten bij sommige organisatieonderdelen’ vragen sommigen zich heimelijk af. Zij vrezen dat het overgewicht op bepaalde plaatsen in de organisatie zichtbaar wordt. Gelukkig zijn daar de beoordelings- en functioneringsgesprekken weer, het middel voor ontslagaanzeggingen. De leiding beeldt zich in dat de eigen organisatie een enorme overhead heeft. Voordat deze ook anderen opvalt, laat de organisatie nu, met horten en stoten, mensen vertrekken. Voor de buitenwereld lijkt de omvang van de organisatie altijd constant. Stiekem, buiten het zicht van de buitenwereld, verlaten evenwel hele businessunits de organisatie. Ook intern wordt er nauwelijks over gepraat.
De kaasschaaf heeft inmiddels plaatsgemaakt voor de botte bijl. Kerntakendiscussies zijn aan de orde van de dag. ‘Waar staan wij als groep nog wél voor en waarvoor níet meer?’ De bekende adviesbureaus worden, als laxeermiddelen, ingehuurd om de hele dekselse boel eruit te mieteren. Ook bij sommige bekende adviesbureaus zelf, wordt de botte bijl van stal gehaald.
Aan de kwaliteit van high potentials en relatief nieuwe professionals wordt ineens getwijfeld. Destijds met veel bombarie binnengehaald, nu alweer uitgekotst. De broekriem wordt aangehaald, al het overtollige personeel wegbezuinigd. Managers voelen zich wat schuldig. Het snelle afslanken van de organisatie begint door te werken in de dagelijkse operatie van de organisatie: de dienstverlening hapert zo nu en dan. De stemming is depressief en neerslachtig.
Maar dan zijn er plotseling afdelingen waar ongemerkt alweer mensen zijn aangenomen. De RvB vraagt zich alweer af: ‘Hoe komen wij aan goede mensen?’ Het duurt niet lang of de afdeling HRM begint plannetjes te smeden. ‘Zou het geen goed idee zijn om collega’s te belonen met € 500,- als zij nieuwe collega’s werven?
Deze column is op 27-1-2010 eerder gepubliceerd in: De OrganisatieActivist
In deze column heb ik de typering van Bulimia Nervosa in DSM-IV, zoals gehanteerd binnen de psychologische wetenschappen, vrij vertaald naar een organisatietypologie binnen het daar geldende discours, in verhalende stijl, JS.
drs. Jorrit Stevens is als adviseur & partner verbonden aan:
GrasFabriek | Veranderen met betekenis
by J. Stevens ·
Deze column in De OrganisatieActivist gaat niet over organisaties en ook niet over activisme. Integendeel. Toch vermoed ik dat dit tegenovergestelde wel eens erg aantrekkelijk zou kunnen zijn voor al diegenen die in organisaties actief zijn. Deze column gaat namelijk over: Niets.
— Column door: Jorrit Stevens
Eerder gepubliceerd in: De OrganisatieActivist
In organisaties gaat het echt om iets: plannen maken en doelen stellen zodat morgen beter is dan vandaag. Organisaties worden bevolkt door actieve doeners, zelfs wereldverbeteraars: De wereld van nu is niet goed genoeg, althans daar wordt in organisaties van uitgegaan. Daarom moet er gewerkt worden aan een beter product van morgen. Welbeschouwd zijn plannen de door mensen bedachte fantasieën over een mogelijke toekomst die beter, meer, efficiënter, veiliger, effectiever, enzovoorts is dan nu. De in deze plannen gestelde doelen bereiken we niet zomaar, nee daar moet actief aan gewerkt worden. De activiteiten van een organisatie zijn gericht op een ‘verbeterslag’ naar een gedroomde toekomst ‘daar & dan’.
Mij lijkt dat het tegenovergestelde ten onrechte geen aandacht krijgt. Aandacht voor Niets in plaats van iets. In plaats van handelen en doenerigheid zoals dat centraal staat in organisaties, komt niet-handelen en niet-doen. In plaats van haast komt stilstaan, in plaats van geluid komt stilte. U begrijpt wat ik bedoel. In plaats van de plannenmakerij en de doelgerichtheid gefocust op ‘daar & dan’, komt mij louter aandacht voor het ‘hier & nu’ als aantrekkelijker voor.
In organisaties wordt beleid ontwikkeld. Over beleidsontwikkeling zijn boekenkasten volgeschreven. Opmerkelijk is dat over beleidsbeëindiging nauwelijks boeken geschreven zijn. Kennelijk ligt het van Niets íets maken meer voor de hand dan vice versa. Niet alleen in organisaties is dat zo, ook individuen lijken het te prefereren. Denk aan het verschil tussen starten met iets, bijvoorbeeld roken, in vergelijking tot het weer stoppen met iets of terugkeren naar Niets. Om met Herman van Gunsteren te spreken: “Stoppen; U kunt het, u wilt het, u doet het niet”. Hoewel Niets (niet-doen, niet-handelen) wellicht het allergemakkelijkste of zelfs een oertoestand lijkt voor ons mensen (wat is er gemakkelijker dan Niets doen?) lijken we er alles aan te doen om daaraan te ontsnappen, zeker in organisaties.
Als we aan Niets denken, vrezen we al snel verveling. Awee Prins, filosoof, meent dat: “De diepe verveling de verborgen grondstemming [is] van onze tijd”. Hij vraagt zich af of wij met onze rusteloze bedrijvigheid de diepe verveling voortdurend proberen te verdrijven. In de organisatocratie geldt dat druk bezig zijn en een overvolle agenda hebben synoniem zijn aan succes. Een belangrijk inzicht van Prins luidt, dat wij bij voortdurende ontwijking van de verveling nooit geraken tot wat de “diepe verveling” ons te zeggen heeft.
Aandacht hebben voor Niets dat zich slechts in het hier & nu toont, is mijns inziens toch zeker de moeite waard. Niets vertoont zich in onder meer gaten, leegtes en stiltes. Het is de moeite waard om ‘de kunst van het weglaten’ te bezigen want ‘in de beperking toont zich de meester’. Door oprechte aandacht voor het hier & nu ontvouwt zich de mogelijke poëtica van het moment.
In de muziek is bijvoorbeeld goed te merken dat wanneer, laten we zeggen Paul Bley (zie: https://www.organisatieactivist.nl/www/de-organisatie-treuzelaar/ ) of Miles Davis een stilte laten vallen (even Niets) dit de muziek extra zeggingskracht kan geven. En wat maakt een donut: het deeg of het gat? In een groep mensen die elkaar aankijken en een tijd Niets zeggen, stijgt de spanning al snel totdat het ondragelijk wordt en een van de mensen de stilte doorbreekt door iets te zeggen. De zeggingskracht van de stilte ervaren zij haast als oorverdovend. In organisaties lijkt Niets kost wat kost vermeden te moeten worden: stilstand is achteruitgang, meent men daar. Aart Goedhart en Barbara van der Steen beschrijven de paradox dat veel overprikkelde mensen, ‘rust en stilstaan’ als remmend en gevaarlijk ervaren. Hetzelfde geldt, volgens hen, voor organisaties. Door Jos Kessels en anderen wordt stilstaan in verband gebracht met bezinning ‘los van resultaten en organisatiedoelen’. Zij beschrijven ‘stilstaan’ als start voor mentale vrijheid. Niets is zo heerlijk.
Wellicht dat u, door een week Niets te doen, uw werk ‘iets’ anders ervaart. Maakt u zich in ieder geval geen zorgen als uw collega u in die week vraagt wat u in vredesnaam aan het doen bent, dan kunt u naar waarheid antwoorden: ‘O, niets’.
Bronnen en leestips:
by J. Stevens ·
Recent onderzoek van de University of Chester
“Niets meer of minder dan een nutteloze tijdsbesteding”, zo noemen onderzoekers de zogenaamde teambuilding activiteiten na onderzoek naar de effecten ervan. Een dagje op de hei met alle collega’s mag dan leuk zijn, erg veel nut zou het niet hebben. Het maakt de groepsdynamiek althans niet beter, zo concludeerden onderzoekers van de University of Chester. Met name binnen de werkomgeving wordt wel eens gepoogd een team hechter te maken door collectief over hete kolen te lopen of elkaar met paintballen blauwe plekken te bezorgen. Maar uit de studie waaraan 100 vrijwilligers deelnamen blijkt niets van een verband tussen de activiteiten en de groepsverhoudingen. De activiteiten met een hogere frequentie ondernemen, zou daarbij ook niet helpen. “En ondanks dat de positieve effecten op de teamcohesie ontbreken, vinden dergelijke activiteiten nog veel plaats”, stelt hoofdonderzoekster Moira Lafferty tegenover The Telegraph.
Sportclubs
Voor de studie werden 100 vrijwilligers, allen verbonden aan sportclubs en tussen de 18 en 24 jaar, ondervraagd over hun ervaringen met teamactiviteiten. De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd op de jaarlijkse Britse Psychological Society’s conferentie. Moira Lafferty kreeg gedurende de studie hulp van wetenschappers van de Liverpool Hope University.
Bron: Nu.nl
by J. Stevens ·
Te veel managers en tijdschrijven slecht voor vakmanschap
Tijdschrijven en veel managementlagen belemmeren werknemers in hun vakmanschap. Dat blijkt uit onderzoek dat de vakcentrale FNV vandaag presenteert op een conferentie in Den Bosch. De vakbeweging maakt zich zorgen dat stroperigheid en een overdaad aan regels het vakmanschap hinderen.
Vakmanschap is plezier en voldoening in het werk en managers gaan daar niet altijd even slim mee om. Je wil toch ook trots zijn op je werk? Dat kan beter, zegt FNV-bestuurder Leo Hartveld.
Tijdschrijven
Tijdschrijven heeft volgens het onderzoek uitgevoerd door ADV Market Research – de meest negatieve invloed op de kwaliteit van het werk. Eenderde van de ondervraagden zegt het verplicht registeren van werktijden lastig te vinden bij het uitoefenen van hun vak. Hierbij vallen de jeugdzorg (59 procent) en het mbo (44 procent) bijzonder op.
Managementlagen
Uit het onderzoek blijkt ook dat hoe meer managementlagen een organisatie telt, hoe moeilijker het voor werknemers wordt om goed te functioneren. Als een directie het merendeel van het werk bepaalt, zegt bijna 60 procent van de ondervraagden dat hun vakmanschap niet tot zijn recht komt.
Zelfstandigheid, samenwerking en voldoening
Werknemers weten ook wat er voor nodig is om hun vak beter uit te oefenen. Bijna de helft van de ondervraagden geeft aan meer zelfstandigheid, een betere samenwerking en meer voldoening over ??de inhoud van het werk belangrijk te vinden. Ze verlangen van hun vakbond steun bij deze veranderingen.
Werkdrukvermindering
Gevraagd hoe de FNV hen kan ondersteunen in hun vakmanschap antwoorden de meeste ondervraagden: Door afspraken te maken met werkgevers over lonen, werkdrukvermindering en het tegengaan van bureaucratie.
Bron: persbericht FNV – https://www.bgmagazine.nl/nieuws.aspx?articleType=ArticleView&articleId=1658
by J. Stevens ·
Pretty Big Dig – Anne Troake
Pretty Big Dig is een grappige, opvallende en korte film die de manier waarop je naar bouwplaatsen, machines en kraanmachinisten met veiligheidshelm kijkt, voor altijd verandert. Toen de Canadese choreografe en filmmaakster Anne Troake ooit langs een bouwplaats liep, verwonderde zij zich over de bewegingen van de graafmachines. Er kwam een zinnetje bij haar op: Grote machines die dansen. De rest is geschiedenis.
De vier minuten durende wals voor drie enorm zware hydrolische graafmachines ontroert door zijn onverwachte schoonheid, precisie en sierlijkheid. ‘Ik geloof dat iedereen kan dansen’, zegt ze. ‘Ik heb nooit meegedaan aan het elitaire dat je soms aantreft in het danswereldje, namelijk de gedachte dat alleen speciale, zeer getalenteerde mensen kunnen dansen. Natuurlijk is er zoiets als talent, maar veel vaker heeft het te maken met mogelijkheden en vertrouwen in plaats van de vraag of jou talent is toebedeeld.’ Na het kijken van de voorstelling, kun je het nauwelijks niet met haar eens zijn: haar dansgroep met veiligheidshelmen en grote machines ontroert en inspireert!
by J. Stevens ·
Creativiteit in vormgeving en techniek: strandbeesten van Theo Jansen.
Al ongeveer 20 jaar is Theo Jansen, als kunstenaar-uitvinder / kinetic-sculptor, bezig met het maken van Strandbeesten. Deze hem bedachte en geconstrueerde Strandbeesten leven op het strand, tussen duinen en zee, en worden voortbewogen door de wind. Iemand zonder fantasie zou zeggen: het zijn complexe, ingenieuze skeletstaketsels, gemaakt van kilometers gele elektriciteitsbuis. Dat is een wat fantasieloze manier om deze prachtige zwaaiende, lopende en kloppende beesten te beschrijven. Het is de droom van Theo dat in de (nabije) toekomst hele kudden Strandbeesten, geheel zelfstandig, de Nederlandse stranden zullen bevolken. Een voorproefje van die toekomst is te zien in het bovenstaande bijgevoegde filmpje. Zie ook zijn site: www.Strandbeest.com
Ook automerk BMW is enthousiast over het werk van Jansen. Zij maakten een reclamefilmpje met hem waarin enkele van zijn Strandbeesten te zien zijn: